Talenkennis Vl............................... dan toch niet zo fenomenaal?
Zijn Vl.................... echt zulke grote talenknobbels als we zelf graag zouden geloven? En hoe zit het met de kennis van vreemde talen in de 26 andere Eu...................... lidstaten?
Eu....................... zoals we het vandaag kennen, bestaat uit 28 lidstaten met 24 officieel erkende talen. Het gaat om het Bu...................., De..................., Du.............., En...................., Es......................, Fi........................, Fr........................, G..................., H.........................., Ie..................., It......................, K......................., Le.............., Li................., Maltees, N......................, Po................., Por...................., R....................., Slova.............., Slove................., Sp..................en Z.........................
Die variatie aan talen is een kracht, zo zegt Eu..................., en een kans om de eigen talenkennis uit te breiden. Flink wat Eu................... geld gaat dan ook naar projecten die ons moeten motiveren om elkaars talen te leren. Op lange termijn zou elke Eu..................... zelfs drietalig moeten zijn en dus twee vreemde talen moeten kunnen spreken.
Maar Eu..................... onderzoek toont aan dat de meerderheid van de Eu........................ zichzelf niet echt beschouwt als iemand die actief talen leert. Ongeveer een kwart van de Eu..................... zegt nooit een andere taal geleerd te hebben. 44 procent van de Eu..................... zegt recent geen nieuwe taal geleerd te hebben en is ook niet van plan om het te doen.
In Ho............................ zegt 65 procent van de inwoners behalve de eigen moedertaal geen enkele andere taal te spreken. Dat zij niet zo snel vreemde talen aanleren, heeft alles te maken met de aparte positie van de H..................... taal binnen Eu................., zegt Zsuzsanna Lénárt, medewerkster bij de Vl.....................vertegenwoordiging in de H................... hoofdstad Boedapest, in voortreffelijk N.................................
“Het H.......................is een zeer aparte taal en heeft geen enkele verwantschap met de talen van de buurlanden. Dat maakt het voor ons erg moeilijk om andere talen te leren. Daarnaast is er ook een politieke reden. Ten tijde van het IJzeren Gordijn moest iedereen verplicht R.................... studeren. Mensen van mijn generatie spanden zich niet in om R................ te leren, als protest.”
Maar dat is aan het veranderen. “De huidige generatie jonge H.................... studeert En.............. of D............... en neemt er vaak ook nog een kleinere vreemde taal bij. Maar onze maatschappij is nu eenmaal erg vergrijsd, en dus krijg je zo’n cijfer.”
H................... staat overigens niet alleen. It.................... scoort amper beter. 62 procent van de It................. spreekt enkel It.................... Nochtans zijn It.................... net jaloers op mensen die wel veel talen spreken. Buitenlandse taalkampen voor jongeren, bijvoorbeeld, zijn erg populair.
"Maar het is voor de It............................... nu eenmaal erg moeilijk om andere talen te spreken. Neem nu de uitspraak. Alle tv-uitzendingen hier worden gedubd, zodat men eigenlijk nooit in contact komt met de taal zelf. En dan is er ook nog het onderwijs, natuurlijk, dat heel slecht is. Als je een slechte leraar hebt, zul je het ook zelf nooit leren."
Ook in het V............... K..................., Ie................. en Por............... spreekt ongeveer 60 procent van de inwoners enkel zijn moedertaal. Niet zo verwonderlijk, als je weet dat Ie......... en Br.............. overal ter wereld met open armen in hun eigen taal ontvangen worden. Het En............. is overal. Dan moet je al erg gemotiveerd zijn om zelf een andere taal te leren.
Maar hoe zit het eigenlijk met ons, de B.......................?
Maar 28 procent van de B................. spreekt enkel zijn moedertaal. 72 procent spreekt dus nog minstens een andere taal. Dat is niet slecht, we leven nu eenmaal in een drietalig land en de cijfers omvatten ook onze Fr.................. landgenoten die nu eenmaal - globaal genomen - een minder goede talenkennis hebben.
Belga
Maar net van de inwoners van een drietalig land zou je meer verwachten. En het doet ook afbreuk aan de gangbare overtuiging dat de meeste Vl.................... vlot vier talen hanteren. Zelfs de Ne.................... doen het beter.
Waar is het dan fout gelopen? Volgens professor Piet Desmet, hoogleraar Taaldidactiek aan de KULAK zijn er een aantal mogelijke verklaringen voor de achteruitgang van onze talenkennis. "De tweetaligheid in ons land is geleidelijk aan aan het verdwijnen, en dat ondanks het succes van de taalopleidingen Fr............ in het volwassenenonderwijs. Daarnaast is er sprake van een overschatting van de kennis van het En..............., zeker bij volwassenen."

Waar een (nog) kleiner land groot in is
Niet de Vl.................. maar de Lu.................... blijken de polyglotten van Eu............ te zijn. 98 procent van de inwoners blijkt er minstens zijn moedertaal te spreken. Meer nog, 61 procent van de Lu..................... spreekt naast zijn moedertaal nog drie of meer vreemde talen spreekt. Lu.................. staat hiermee met stip op kop in Eu.................... . Het tweede meest talengekke land is Slove................... Daar zegt 44,9 procent minstens vier talen te spreken. Ter vergelijking, in Be.................... gaat het maar om 27 procent, amper een derde.
Niet zo verwonderlijk, stelt Desmet. Lu............. is een klein landje dat geografisch tussen twee grote lidstaten ligt. Het Letzeburgs bevat bovendien heel wat Du................. en Fr..............invloeden. Het is dus niet zo raar dat veel Lu................... naast hun moedertaal ook Fr............... en Du............... spreken. Bovendien wonen er in Lu.................. ook nog eens heel wat buitenlanders die werken voor de Eu................... instellingen of een buitenlands bedrijf.
Brush up your Shakespeare
Er is dus nog werk aan de winkel. Voor het verbeteren van de kennis van het Fr............., maar ook van het En............. Want dat is nog steeds de populairste vreemde taal in Eu.................
Steeds meer Eu.............. noemen Ch................... als belangrijke vreemde taal voor de toekomst. Allen naar de talenschool. Nietsdoen is geen optie.
Talenkennis Vl............................... dan toch niet zo fenomenaal?
Zijn Vl.................... echt zulke grote talenknobbels als we zelf graag zouden geloven? En hoe zit het met de kennis van vreemde talen in de 26 andere Eu...................... lidstaten?
Eu....................... zoals we het vandaag kennen, bestaat uit 28 lidstaten met 24 officieel erkende talen. Het gaat om het Bu...................., T......................., De..................., Du.............., En...................., Es......................, Fi........................, Fr........................, G..................., H.........................., Ie..................., It......................, K......................., Le.............., Li................., Maltees, N......................, Po................., Por...................., R....................., Slova.............., Slove................., Sp..................en Z.........................
Die variatie aan talen is een kracht, zo zegt Eu..................., en een kans om de eigen talenkennis uit te breiden. Flink wat Eu................... geld gaat dan ook naar projecten die ons moeten motiveren om elkaars talen te leren. Op lange termijn zou elke Eu..................... zelfs drietalig moeten zijn en dus twee vreemde talen moeten kunnen spreken.
Maar Eu..................... onderzoek toont aan dat de meerderheid van de Eu........................ zichzelf niet echt beschouwt als iemand die actief talen leert. Ongeveer een kwart van de Eu..................... zegt nooit een andere taal geleerd te hebben. 44 procent van de Eu..................... zegt recent geen nieuwe taal geleerd te hebben en is ook niet van plan om het te doen.
In Ho............................ zegt 65 procent van de inwoners behalve de eigen moedertaal geen enkele andere taal te spreken. Dat zij niet zo snel vreemde talen aanleren, heeft alles te maken met de aparte positie van de H..................... taal binnen Eu................., zegt Zsuzsanna Lénárt, medewerkster bij de Vl.....................vertegenwoordiging in de H................... hoofdstad Boedapest, in voortreffelijk N.................................
“Het H.......................is een zeer aparte taal en heeft geen enkele verwantschap met de talen van de buurlanden. Dat maakt het voor ons erg moeilijk om andere talen te leren. Daarnaast is er ook een politieke reden. Ten tijde van het IJzeren Gordijn moest iedereen verplicht R.................... studeren. Mensen van mijn generatie spanden zich niet in om R................ te leren, als protest.”
Maar dat is aan het veranderen. “De huidige generatie jonge H.................... studeert En.............. of D............... en neemt er vaak ook nog een kleinere vreemde taal bij. Maar onze maatschappij is nu eenmaal erg vergrijsd, en dus krijg je zo’n cijfer.”
H................... staat overigens niet alleen. It.................... scoort amper beter. 62 procent van de It................. spreekt enkel It.................... Nochtans zijn It.................... net jaloers op mensen die wel veel talen spreken. Buitenlandse taalkampen voor jongeren, bijvoorbeeld, zijn erg populair.
"Maar het is voor de It............................... nu eenmaal erg moeilijk om andere talen te spreken. Neem nu de uitspraak. Alle tv-uitzendingen hier worden gedubd, zodat men eigenlijk nooit in contact komt met de taal zelf. En dan is er ook nog het onderwijs, natuurlijk, dat heel slecht is. Als je een slechte leraar hebt, zul je het ook zelf nooit leren."
Ook in het V............... K..................., Ie................. en Por............... spreekt ongeveer 60 procent van de inwoners enkel zijn moedertaal. Niet zo verwonderlijk, als je weet dat Ie......... en Br.............. overal ter wereld met open armen in hun eigen taal ontvangen worden. Het En............. is overal. Dan moet je al erg gemotiveerd zijn om zelf een andere taal te leren.
Maar hoe zit het eigenlijk met ons, de B.......................?
Maar 28 procent van de B................. spreekt enkel zijn moedertaal. 72 procent spreekt dus nog minstens een andere taal. Dat is niet slecht, we leven nu eenmaal in een drietalig land en de cijfers omvatten ook onze Fr.................. landgenoten die nu eenmaal - globaal genomen - een minder goede talenkennis hebben.
Belga
Maar net van de inwoners van een drietalig land zou je meer verwachten. En het doet ook afbreuk aan de gangbare overtuiging dat de meeste Vl.................... vlot vier talen hanteren. Zelfs de Ne.................... doen het beter.
Waar is het dan fout gelopen? Volgens professor Piet Desmet, hoogleraar Taaldidactiek aan de KULAK zijn er een aantal mogelijke verklaringen voor de achteruitgang van onze talenkennis. "De tweetaligheid in ons land is geleidelijk aan aan het verdwijnen, en dat ondanks het succes van de taalopleidingen Fr............ in het volwassenenonderwijs. Daarnaast is er sprake van een overschatting van de kennis van het En..............., zeker bij volwassenen."

Waar een (nog) kleiner land groot in is
Niet de Vl.................. maar de Lu.................... blijken de polyglotten van Eu............ te zijn. 98 procent van de inwoners blijkt er minstens zijn moedertaal te spreken. Meer nog, 61 procent van de Lu..................... spreekt naast zijn moedertaal nog drie of meer vreemde talen spreekt. Lu.................. staat hiermee met stip op kop in Eu...................., het tweede meest talengekke land is Slove................... Daar zegt 44,9 procent minstens vier talen te spreken. Ter vergelijking, in Be.................... gaat het maar om 27 procent, amper een derde.
Niet zo verwonderlijk, stelt Desmet. Lu............. is een klein landje dat geografisch tussen twee grote lidstaten ligt. Het Letzeburgs bevat bovendien heel wat Du................. en Fr..............invloeden. Het is dus niet zo raar dat veel Lu................... naast hun moedertaal ook Fr............... en Du............... spreken. Bovendien wonen er in Lu.................. ook nog eens heel wat buitenlanders die werken voor de Eu................... instellingen of een buitenlands bedrijf.
Brush up your Shakespeare
Er is dus nog werk aan de winkel. Voor het verbeteren van de kennis van het Fr............., maar ook van het En............. Want dat is nog steeds de populairste vreemde taal in Eu.................
Steeds meer Eu.............. noemen Ch................... als belangrijke vreemde taal voor de toekomst. Allen naar de talenschool. Nietsdoen is geen optie.