Free Essay

Verhelst Bouwmaterialen

In:

Submitted By josslin
Words 14626
Pages 59
Onderzoeksmethoden voor Economie II
Beeld van een bedrijf

Verhelst Bouwmaterialen

Josslin Niessen

Prof. Ocampo y Vilas
Academiejaar 2015-2016 Prof. Smet 12/01/2016 Prof. Ocampo y Vilas
Academiejaar 2015-2016 Prof. Smet 12/01/2016

Samenvatting
Verhelst Bouwmaterialen is actief in de tertiaire sector en begeeft zich op vele verschillende markten. De hoofdactiviteit van de onderneming is het verkopen van bouwmaterialen aan particulieren en bedrijven. De onderneming is vandaar actief op zowel B2C als B2B markten. Bovendien bevindt zich de geografische activiteitsregio zich regionaal. Verhelst heeft de NACE-code 46731 en valt daarom onder de subklasse groothandel in bouwmaterialen, algemeen assortiment. Qua omzet is het bedrijf geen marktleider en bestrijkt ze de 21e plaats. Doch is de omzet van het bedrijf de laatste jaren gestaag blijven groeien, ondanks de slechte economische tijd. Verhelst Bouwmaterialen blijkt vervolgens heel conjunctuur gevoelig te zijn in vergelijking met de economie en de sector (volgens figuur 1, 2 en 3).
Na berekeningen van concentratiemaatstaven zoals de Gini-coëfficiënt en de Herfindahl index kan er besloten worden dat Verhelst Bouwmaterialen in een mededingingsmarkt opereert.
De visie van de onderneming is duidelijk: ze wilt haar leidinggevende positie binnen de bouwsector behouden door terug te vallen op haar know-how, enorme ervaring en uitgebreid productportfolio. Hun missie gaat om de voortzetting van het bedrijf dat al 4 generaties lang in handen is van de familie Verhelst. Dit tracht ze door te investeren in extra vestigingen, door haar productiecentra te moderniseren en door een innovatief milieubeleid door te voeren. Dit beleid zet zich voort op verschillende vlakken zoals o.a. een groenwagenbeleid, eco-producten en op vlak van infrastructuur.
Wat de tewerkstelling betreft zijn er de laatste 4 jaren ongeveer 200 werknemers tewerkgesteld, waarvan meer mannen dan vrouwen. Verhelst investeert overigens veel geld in extra opleidingen, in het bijzonder voor haar vrouwelijke werknemers omdat zij administratief werk uitvoeren. Bij de vergelijking van Verhelst met haar concurrenten die vergelijkbaar zijn qua omzetcijfers, valt er op dat Verhelst veel minder werknemers in dienst heeft. Hieruit wordt afgeleid dat Verhelst productiever is dan haar concurrenten en efficiënter omspringt met haar productiemiddelen. De productiviteit van de onderneming is de afgelopen 5 jaar constant gebleven.
De huidige afgevaardigd bestuurder van de onderneming is Verhelst Johan. Verhelst Bouwmaterialen heeft zelf 3 dochterondernemingen.
De 5 meest interessante concurrenten van Verhelst hebben we besproken, dit zijn concreet: Deschacht Plastics Belgium, Defrancq Bouwspecialiteiten, I.R.S.-Btech, Wienerberger en Belgomine.
Bij de bespreking van de balans wordt er geconcludeerd dat op een tijdshorizon van vijf jaar de vaste activa van Verhelst Bouwmaterialen ingekrompen is met bijna 14 procent. De vlottende activa zijn in tegenstelling tot de vaste activa op de tijdshorizon van vijf jaar gestegen met iets meer dan 22 procent. Merkwaardig is de sterke daling van de liquide middelen. Deze kunnen moeilijkheden met zich meebrengen voor de onderneming op vlak van salarissen betalen, schulden afbetalen, een project financieren, onroerende of roerende zaken kopen, etc. Aan de passiefzijde van de balans wordt er waargenomen dat het eigen vermogen relatief lineair stijgt over de onderzochte tijdshorizon van vijf jaar. In het algemeen is er sprake van een uiteindelijke daling van het vreemd vermogen. De oorzaak is voornamelijk de sterke daling van de schulden op meer dan één jaar. Er kan gesteld worden dat Verhelst Bouwmaterialen leningen op langere termijn liever mijdt en afbouwt, dit kan te maken hebben met de maturiteit van de onderneming en het belang van vreemd vermogen steeds afneemt. De horizontale analyse laat toe een inzicht te krijgen in de wijzigingen qua samenstelling van de balans en resultatenrekening. Uit de verticale analyse van Verhelst Bouwmaterialen kan worden gesteld dat ze een beduidend hogere vlottende activa heeft dan vaste activa. Verder kan er ook waargenomen worden dat bij de vaste activa de materiële vaste activa de grootste rubriek bij uitstek is. Volgens de passiefzijde van de balans blijkt dat het eigen vermogen van Verhelst zeer hoog ligt. De bedrijfskosten van Verhelst Bouwmaterialen liggen zeer hoog, zelfs bijna even hoog als de bedrijfsopbrengsten. Door deze hoge bedrijfskosten blijft er slechts 1,72% van de bedrijfsopbrengsten over als bedrijfswinst. Ondanks dit ligt de winst van het boekjaar na belastingen een stuk hoger, dit komt door nog relatief hoge financiële opbrengsten.
Er kan vastgesteld worden dat Verhelst Bouwmaterialen geen problemen ondervindt bij het inlossen van haar schulden op korte termijn over de 5 onderzochte jaren. Verhelst had gedurende de eerste 3 onderzochte jaren relatieve moeilijkheden bij het aflossen van haar kortlopende schulden op zeer korte termijn. Vervolgens is er een opwaarderende trend die uiteindelijk zelfs tot een uiterst gezonde financiële situatie leidt voor de onderneming.
Bij Verhelst Bouwmaterialen valt er een stijging op te merken van het leverancierskrediet tot 2011 waarna het een aanzienlijke knik neerwaarts krijgt. Dit heeft te maken met het vertrouwen van de leveranciers in de terugbetalingsmogelijkheden van Verhelst Bouwmaterialen. De leveranciers van Verhelst Bouwmaterialen krijgen stilaan terug meer vertrouwen in de onderneming en zijn dan ook geneigd om weer iets meer krediet te verstrekken. Uiteindelijk, mits beide grafieken van het klantenkrediet enerzijds en het leverancierskrediet anderzijds met elkaar te vergelijken, kan er geconcludeerd worden dat Verhelst Bouwmaterialen een aanzienlijke tijdspanne moet overbruggen. In dit geval is het klantenkrediet groter als het leverancierskrediet en kan de onderneming hierdoor in (liquiditeits)problemen komen.
Uiteindelijk worden er in de SWOT-analyse van Verhelst Bouwmaterialen de interne zwakke en sterke punten en de externe kansen en bedreigingen besproken. Hieruit wordt een mooi en helder beeld opgemaakt over hoe de onderneming er op dit moment aan toe is, wat ze beter kan doen, welke opportuniteiten ze heeft en voor welke zaken ze moet oppassen.
Tot slot wordt er getracht om een antwoord te vinden op de onderzoeksvraag. ‘Hoe zal Verhelst Bouwmaterialen in de toekomst, wanneer meer bedrijven extra aandacht gaan vestigen op duurzaamheid en het milieu aspect, het competitief voordeel dat ze hebben op dit vlak kunnen vasthouden?’ Het antwoord baseert zich op het milieubeleid van Verhelst en er kan gesteld worden dat ze hier beter op inspelen dan hun concurrentie.

Inhoudstafel 1. Omgevingsfactoren 6 1.1 Macro- en industrieel niveau 6 1.1.1 De bedrijfstak 6 1.1.2 Conjunctuur 7 1.1.3 Bedrijfskolom 9 1.2 Bediende markten 10 1.2.1 Geografische activiteitsregio 10 1.2.2 Marktstructuur 11 1.2.3 Productportfolio 11 2. Interne kenmerken 12 2.1.1 Missie en visie 12 2.1.2 Stakeholders 14 2.2 Middelen 15 2.2.1 Tewerkstelling 15 2.2.2 Productiviteit 16 2.3 Organisatie 17 2.3.1 Algemeen 17 3. Strategie en resultaten 18 3.1 De Belgische markten 18 3.2 Competitiviteit 19 4. Financiële analyse 22 4.1 Horizontale analyse 22 4.1.1 Balans: Actief 23 4.1.2 Balans: Passief 23 4.1.3 Resultatenrekening 23 4.2 Verticale analyse 24 4.2.1 Balans: Actief 24 4.2.2 Balans: Passief 25 4.2.3 Resultatenrekening 25 4.3 Ratio analyse 25 4.3.1 Liquiditeit 25 4.3.2 Solvabiliteit 29 4.3.3 Rendabiliteit 31 4.4 Sectoranalyse 34 4.4.1 Omzet 35 4.4.2 Toegevoegde waarde 36 4.4.3 Balanstotaal 37 4.4.4 Totaal aantal werknemers 38 4.4.5 Current ratio 39 4.4.6 Quick ratio 40 4.4.7 Klantenkrediet 40 4.4.8 Leverancierskrediet 41 4.4.9 Solvabiliteitsratio 42 4.4.10 Rendement van het aangewend kapitaal 43 5 SWOT-analyse 44 5.1 Sterke punten 44 5.2 Zwakke punten 45 5.3 Kansen 45 5.4 Bedreigingen 46 5.5 Onderzoeksvraag 46 Besluit 49 6 Referenties 52 7 Bijlage 55

Inleiding
In dit rapport wordt het bedrijf Verhelst Bouwmaterialen grondig geanalyseerd. Verhelst Bouwmaterialen is een Belgische onderneming met een groot assortiment aan bouwmaterialen. De bedrijfsactiviteit is zeer ruim aangezien het bedrijf diverse producten verkoopt en vervaardigt. Dit zorgt ervoor dat het bedrijf geclassificeerd wordt als een groothandelaar in bouwmaterialen. Verhelst Bouwmaterialen is een bedrijf dat 90 jaar geleden werd opgericht en is uitgegroeid tot één van de grootste bedrijven op de markt. In dit rapport wordt er echter enkel gekeken naar de huidige situatie van het bedrijf en haar evolutie over de laatste 5 jaar. Het bedrijf zal individueel geanalyseerd worden, geplaatst worden in de sector en vergeleken worden met de concurrentie.

Eerst wordt een duidelijk beeld van de onderneming geschetst, hierbij komen de sector, bedrijfstak en conjunctuurgevoeligheid van de onderneming aan bod. Vervolgens zal de organisatorische structuur van het bedrijf worden uitgelegd om de machtsverhoudingen binnen het bedrijf te verduidelijken. Daarna zal er worden gekeken naar de missie en de visie van het bedrijf en er zal worden nagegaan hoe de strategie van de onderneming aansluit bij het behalen van deze doelstellingen.

Bij de individuele analyse van het bedrijf zullen alle financiële resultaten van het bedrijf aan bod komen. Met behulp van de jaarrekening en verscheidene ratio’s en financiële kerncijfers zal de financiële situatie van het bedrijf geschetst worden. Daarna zal de onderneming op basis van deze cijfers vergeleken worden met haar concurrenten in de sectoranalyse.

Uiteindelijk zal de SWOT-analyse een duidelijk beeld geven van de sterke en zwakke punten, waar het bedrijf nu staat en welke richting het kan uitgaan in de toekomst.

1. Omgevingsfactoren

In dit hoofdstuk worden de omgevingsfactoren besproken. Deze worden eerst bekeken op macro- en industrieel niveau en vervolgens op bediende markten.

2.1 Macro- en industrieel niveau
Onder dit punt komt de macro- en industrieel niveau van Verhelst Bouwmaterialen aan bod. Dit wordt onderverdeeld in de bedrijfstak, conjunctuur en de bedrijfskolom.

1.1.1 De bedrijfstak
Verhelst Bouwmaterialen is actief in de tertiaire sector en heeft bijgevolg als doel om zoveel mogelijk winst te maken. Het bedrijf is actief op vele markten zoals isolatie materialen, gevel bekleding, vloer- en muurtegels en werkkledij. De hoofdactiviteit bestaat erin om bouwmaterialen te verkopen aan particulieren en bedrijven. Verhelst Bouwmaterialen heeft de NACE-code 46731 en valt dus onder de subklasse groothandel in bouwmaterialen, algemeen assortiment. Elk cijfer in deze NACE-code heeft een betekenis, zo duiden de eerste 2 cijfers op de afdeling, het derde cijfer op de groep, het vierde cijfer op de klasse en het vijfde cijfer op de subklasse. In tabel 1 wordt de NACE-code van Verhelst bouwmaterialen verder toegelicht.

Tabel 1: NACE-codes Sectie | G | Groot- en detailhandel; reparatie van auto’s en motorfietsen | Afdeling | 46 | groothandel en handelsbemiddeling, met uitzondering van de handel in motorvoertuigen en motorfietsen. | Groep | 467 | overige gespecialiseerde groothandel | Klasse | 4673 | groothandel in hout, bouwmaterialen en sanitair | subklasse | 46731 | groothandel in bouwmaterialen, algemeen assortiment |
Bron: Statbel, 2008
Verhelst Bouwmaterialen doet aan diversificatie door veel verschillende producten aan te bieden, maar de hoofdactiviteit van het bedrijf kan het best beschreven worden met de NACE-code, groothandel in bouwmaterialen, algemeen assortiment. In deze sector is Verhelst bouwmaterialen een zeer grote speler.
In tabel 2 staan de tien grootste spelers van de sector, groothandel in bouwmaterialen, algemeen assortiment, gerangschikt volgens de grootte van de omzet en vervolgens worden deze omzetcijfers vergeleken met Verhelst Bouwmaterialen.

Tabel 2: Omzet van de grootste bedrijven in de sector van het jaar 2013 Nr. | Bedrijf | Duizend Euro | 1 | BELGOMINE | 750.711 | 2 | JLG MANUFACTURING EUROPE | 354.641 | 3 | YARA BELGIUM | 279.394 | 4 | VAN MARCKE LOGISTICS | 278.304 | 5 | WIENERBERGER | 259.526 | 6 | AKZO NOBEL PAINTS BELGIUM | 210.045 | 7 | BIA OVERSEAS | 182.783 | 8 | DESCO | 160.634 | 9 | FRUYTIER GROUP Purchase, Sales and Services SA | 151.912 | 10 | CARRIERES ET FOURS A CHAUX DUMONT-WAUTIER | 146.000 | | | | 21 | VERHELST BOUWMATERIALEN | 75.825 |
Bron: Belfirst, 2014
Qua omzet is Verhelst Bouwmaterialen zeker niet de marktleider, maar het blijft één van de grootste spelers op de markt. Het bedrijf behaalde een omzet van 75 miljoen euro in 2013, wat goed is voor de 21e grootste omzet in de sector groothandel in bouwmaterialen, algemeen assortiment. Op het eerste zicht lijken deze omzetcijfers van Verhelst Bouwmaterialen niet indrukwekkend, het is namelijk zo dat het bedrijf enkel actief is in België en dit bij andere bedrijven niet het geval is, zoals het bedrijf Wierberger dat actief is in 30 verschillende landen.

1.1.2 Conjunctuur
Op de onderstaande figuur wordt de evolutie van de omzet van Verhelst Bouwmaterialen weergegeven. Het wordt bekeken op een tijdshorizon van 5 jaar.

Figuur 1: Evolutie van de omzet van Verhelst Bouwmaterialen

Bron: Belfirst, 2014 Uit de cijfers van figuur 1 wordt duidelijk dat de omzet in het jaar 2010 slechts een fractie hoger ligt dan de omzet in het jaar 2009, dit komt omdat de economie het juist hard te verduren had gekregen tijdens de economische crisis van 2009 en slechts langzaam herstelt. Er sprake van een gigantische stijging van de omzet in het jaar 2010. Deze stijging eindigde in het jaar 2011 en werd opgevolgd door een forse daling in 2012. In het jaar 2013 was er praktisch sprake van een even grote omzet als in het jaar 2012. Algemeen kan er geconcludeerd worden dat de omzet lichtjes is blijven stijgen tussen 2009 en 2013, op een sterke stijging na in 2011 die gevolgd werd door een bijna even grote daling. In Figuur 2 wordt de evolutie van het BBP van België weergegeven tussen 2009 en 2013, deze wordt uitgedrukt dollars. Figuur 2: Groei BBP tegen lopende prijzen

Bron: NBB, 2009-2013

De trend in figuur 2 komt heel sterk overeen met die van figuur 1, die de omzetcijfers liet zien van Verhelst Bouwmaterialen. Het BBP stijgt elk jaar lichtjes. Eveneens kan er uit de figuur worden afgeleid dat er weer sprake van een sterke stijging is tussen het jaar 2010 en 2011.
In Figuur 3 wordt de evolutie van de sector bouwnijverheid weergegeven. Deze sector hangt heel sterk samen met de groothandel in bouwmaterialen. Het is namelijk zo dat hoe meer er gebouwd wordt, hoe meer bouwmaterialen worden aangekocht om de verbouwingen te doen. Figuur 3 vertoond eveneens dezelfde trend met de sterke stijging tussen het jaar 2010 en 2011.

Figuur 3: Bouwnijverheid

Bron: NBB, 2009-2013

In figuur 1, 2 en 3 is telkens dezelfde trend te zien, dit wil zeggen dat de onderneming Verhelst Bouwmaterialen zeer conjunctuurgevoelig is. Wanneer het slechter gaat met de economie en de sector dalen ook hun omzetcijfers. De rede hiervoor is natuurlijk dat mensen grote investeringen zoals de aankoop van een huis gaan uitstellen in moeilijke tijden.

1.1.3 Bedrijfskolom
Verhelst bouwmaterialen is een groothandel die een deel van haar producten aankoopt van andere bedrijven maar ook veel producten aankoopt van dochterondernemingen, een voorbeeld hiervan is het kopen van natuursteen van de dochteronderneming “Verhelst Natuursteen”. Typische afnemers van Verhelst bouwmaterialen vallen natuurlijk in de bouwsector, enkele voorbeelden hiervan zijn de klassen “ontwikkeling van residentiële bouwprojecten” met Nace-code 41101 ; “ontwikkeling van niet-residentiële bouwprojecten” met Nace-code 41102 en “algemene bouw van kantoorgebouwen” met Nace-code 41202. Verder wordt er ook nog verkocht aan particulieren. (Statbel, 2008)
In figuur 4 wordt een bedrijfskolom weergegeven van de onderneming, Verhelst Bouwmaterialen. De onderneming is zowel actief in B2b als in B2C markten, dit komt in het deel van de bediende markten nader aan bod.

Figuur 4: Bedrijfskolom

Toeleveranciers
Toeleveranciers

Eigen productie

Eigen productie

Verhelst Bouwmaterialen
Verhelst Bouwmaterialen

Bedrijven
Bedrijven
Particulieren
Particulieren

1.2 Bediende markten
1.2.1 Geografische activiteitsregio
De geografische activiteit regio bevindt zich regionaal. Er zijn namelijk verkooppunten van Verhelst Bouwmaterialen verspreidt over heel West-Vlaanderen en in Drongen. De onderneming is actief in zowel B2C als B2B markten. Verhelst verkoopt aan particulieren, ze leveren dus goederen voor persoonlijk gebruik aan de consument. Eveneens verkoopt de onderneming aan andere bedrijven die op hun beurt deze producten implementeren in hun productieproces (Verhelst, 2014)

1.2.2 Marktstructuur
Na enig marktstructuur onderzoek blijkt dat de firma in een mededingingsmarkt opereert. Dit antwoord kan onderbouwd worden met berekeningen van concentratiemaatstaven. De maatstaven hier van toepassing zijn de Gini-coëfficiënt en de Herfindahl index.
De Gini-coëfficiënt is een middel om zeer gemakkelijk te kunnen zien of de markt gelijk of ongelijk verdeelt is. Het is een getal, uitgedrukt in percentage, dat ligt tussen 0 en 1. Hoe kleiner het getal, dus hoe dichter bij 0, hoe gelijker de markt is. Hoe groter het getal, dus hoe dichter bij 1, hoe ongelijker de markt (InfoNu, 2010).
De Herfidahl index is eveneens een concentratiemaatstaf. Het wordt gebruikt om te zien in welke mate er in de markt sprake is van bijna monopolie of bijna mededinging. Dit getal, uitgedrukt in percentage, ligt ook tussen o en 1. Voor de twee extreme marktvormen wordt 0 gebruikt voor een mededinging en 1 voor de monopolie.
Tabel 3 toont de evolutie van de Gini-coëfficiënt en Herfindahl index van de laatste 5 jaar. Deze getallen werden berekend aan de hand van de 15 grootste bedrijven in de sector, ‘groothandel in bouwmaterialen algemeen assortiment’. Voor het berekenen werden de marktaandelen van deze bedrijven gebruikt. In bijlage 5 en 6 staan deze berekeningen omtrent Gini-coëfficiënt en HH-index. In bijlage 7 wordt ook de lorenz-curve horend bij de Gini-coëfficiënt weergegeven.

Tabel 3: Gini-coëfficiënt en Herfindahl index | 2009 | 2010 | 2011 | 2012 | 2013 | Gini | 0,294 | 0,322 | 0,311 | 0,317 | 0,312 | HHi | 0,074 | 0,101 | 0,126 | 0,122 | 0,102 |
Bron: Eigen berekeningen
In de bovenstaande tabel kan er duidelijk worden gezien dat de Gini-coëfficiënt en Herfindahl index van het jaar 2009 tot 2013 een stijgend verloop kent. Er kan worden geconcludeerd dat het bedrijf, Verhelst Bouwmaterialen groeit, en een groter marktaandeel bezit in de sector.

1.2.3 Productportfolio
Verhelst Bouwmaterialen is slechts één van de 13 verschillende activiteiten die onder de Groep Verhelst valt. Groep Verhelst houdt in totaal 13 aparte activiteiten in. Hun motto luidt als volgt: “Allemaal specialisten verzameld binnen één groep!” Alle gespecialiseerde bedrijven op een rijtje –met hun activiteit(en) tussen haakjes- zijn: Verhelst Bouwmaterialen - prefab beton (Fabrikant architectonische beton en betontrappen), Verhelst Bouwmaterialen – breedplaten (productie-afdeling breedplaten, dubbele wanden, beschoeiingsplaten), Balegro (zand- en natuursteenontginning, grondverwerking en deponie), Top-Mix (verwerkt diverse afvalstoffen), Verhelst Machines (actief in de bouwsector met torenkranen en bouwliften), Verhelst Aannemingen (Infrastructuurwerken, weg- en rioleringswerken, afbraakwerken, grondwerken), Natuursteenzagerij (verzagen van blokken in Belgische en Ierse blauwe hardsteen tot platen, tegels en maatwerk), Dé isolatiedokter (specialist in het na-isoleren van: dak, zolder, spouwmuren, gevel), Verhelst Chapebedrijf (vloeropbouw), Verhelst Bouwmaterialen (Handelaar bouwmaterialen), Verhelst Logistics (Havenlogistiek).
Groep Verhelst is actief over verschillende delen van de bouwsector en is niet enkel beperkt tot bouwmaterialen. Er is dus duidelijk sprake van een ruim en uiteenlopend productportfolio.
Het commerciële distributiecircuit van Verhelst Bouwmaterialen bestaat uit 3 vestigingen Verhelst Bouwmaterialen in Brugge, Harelbeke/Kuurne, Roeselare en 5 Verhelst Bouwmaterialen & Bouwgalerijen in Oudenburg, Knokke, Veurne, Ichtegem en Drongen. In totaal zijn er 8 verdelers (afhaalpunten). Het is mogelijk om een bestelling zelf af te halen of ze te laten leveren tot op de werfplaats zelf in heel België (Verhelst, 2014). 2. Interne kenmerken
In dit hoofdstuk komen de interne kenmerken aan bod.

3.1.1 Missie en visie
De missie en visie van groep Verhelst worden doorgetrokken naar Verhelst Bouwmaterialen. De visie van de onderneming is dat ze haar leidende positie binnen de bouwsector wil behouden daar te leunen op haar know-how, enorme ervaring en uitgebreid gamma aan producten en diensten.
Haar missie is de voortzetting van het bedrijf dat al 4 generaties in handen van de familie Verhelst is en ervoor zorgen dat ze haar leidende positie behouden/versterken, dit door veel te investeren in extra vestegingen en modernisatie van de productiecentra. Het is een zeer veelzijdige onderneming die veel waarde hecht aan kwaliteit. Verhelst Bouwmaterialen hecht ook een zeer groot belang aan milieuvriendelijkheid.
(Verhelst, 2014)
Het bedrijf voert een groenwagenbeleid. Alle vrachtwagens van Verhelst Bouwmaterialen voldoen namelijk aan de Euro5norm. Dit is de meest recente Europese wetgeving die de uitstoot van stikstofoxiden en roetdeeltjes progressief zou moeten verlagen. Ook alle medewerkers rijden met auto’s die een lage CO2-uitstoot hebben. De meeste activiteiten zijn voorzien van een ‘groene stempel’, dit wil zeggen dat alle bouwmaterialen innovatief en vooruitstrevend zijn, op vlak van duurzaamheid.
(Verhelst, 2014)
Verhelst Bouwmaterialen heeft eveneens een zeer breed gamma aan eco-producten zoals de climalife dakpannen. De climalife dakpan is de eerste dakpan in zijn soort. Deze dakpannen zijn namelijk in staat om lucht die vervuild is met stikstofoxiden, uitgestoten door het verkeer, verwarmingstoestellen en industrie, te zuiveren. Dit wordt gedaan, door deze om te zetten in niet-schadelijke stoffen zoals nitraatmoleculen.
(Verhelst, 2014) (Muroflex, s.d.)
Verhelst Bouwmaterialen heeft een partnerschap gestart met Val-I-Pac. Dit bedrijf stimuleert en coördineert de recyclage van bedrijfsmatige verpakkingen. Val-I-Pac helpt Verhelst Bouwmaterialen met de overgebleven bedrijfsmatige verpakkingen op de werven.
Op het vlak van infrastructuur houdt Verhelst Bouwmaterialen eveneens rekening met het milieu. Bouwgroep Verhelst maakt zoveel mogelijk gebruik van groene energie. Voor de verwarming en airconditioning gebruiken ze grond- en luchtwarmtepompen hetgene de CO2-uitstoot vermindert en zelfs de kosten drukt.
(Verhelst, 2014)
Op verschillende sites van de onderneming zijn zonnepanelen geplaatst. In 2009 bouwde Verhelst zelfs het grootste zonnepanelenpark van Vlaanderen op de site in Oudenburg. Daar wordt in totaal 4 megawatt elektriciteit geproduceerd. Op zonnige dagen draait het bedrijf dan volledig op groene energie. Tijdens weekends en verlofdagen levert Verhelst stroom aan het net waardoor er 1350 gezinnen voorzien worden van elektriciteit.
(Verhelst, 2014)
De missie en visie van Verhelst Bouwmaterialen komen niet volledig overeen met de daadwerkelijke bedrijfsactiviteiten. Op vlak van milieubewust produceren, doet Verhelst Bouwmaterialen het inderdaad zeer goed. Ze halen zelf kostenvoordelen uit de productie van hun groene energie en zijn door hun grote zonnepanelenpark in staat om een groot aantal gezinnen te voorzien van energie.
Verhelst Bouwmaterialen claimt ook haar leidinggevende positie te willen behouden binnen de sector. Omzetcijfers van de sector maken duidelijk dat ze slechts op de 21ste plaats qua marktaandeel, dus moet de doelstelling om de leidinggevende positie te behouden, met een serieuze korrel zout genomen worden.
(NBB, 2013)
Om de korte en middellange termijndoelstellingen te onderzoeken wordt er naar de omzetcijfers van de voorbije jaren gekeken. De omzetcijfers zitten in stijgende lijn, maar daalden in 2009 met €3.000.000 om dan weer te stijgen tot een piek van €81.001.973 in 2011. De laatste 2 jaren bleef de omzet echter steken op ongeveer €75.000.000. Ondanks dat de omzet de laatste 2 jaren constant blijft, blijft de winst wel in stijgende lijn verlopen. Doorheen de geschiedenis wordt er door de Groep Verhelst verschillende dochterondernemingen geopend. Een voorbeeld hier van is het operationeel worden van NV Top-Mix in 2009. Deze onderneming staat in voor de aanvoer, ophaling en recyclage van bouw- en sloopafval tot nieuwe grondstoffen. Deze zou al één van de redenen kunnen zijn dat ondanks de omzet niet meer steeg, de winst wel bleef stijgen. Een andere verklaring zou kunnen zijn dat ze haar energie zelf grotendeels opwekt uit zonnepanelen en grond- en luchtwarmtepompen waardoor ze haar kosten serieus kan drukken waardoor er hogere winstmarges behaald kunnen worden.
(Topmix, 2006) (Verhelst, 2014)
Wanneer gekeken wordt naar de omzetcijfer van de hele sector, waarin Verhelst Bouwmaterialen zich bevindt, valt af te leiden dat ze slechts op de 21ste plek staan. Dat ze veel rekening houden met het milieu valt niet te ontkennen, maar ze claimen op hun website dat ze hun leidinggevende positie willen behouden. Hiermee bedoelen ze waarschijnlijk dat ze hun marktaandeel willen behouden want een onderneming die slechts op de 21ste plek staat, met een omzet die 10 keer zo klein is als die van de leider binnen de sector, heeft geen leidinggevende positie.
(Verhelst,2014)

2.1.2 Stakeholders
Stakeholders zijn alle instellingen of personen die belang hebben aan het bestaan van een onderneming. De interne stakeholders bevinden zich in de onderneming zelf en de externe stakeholders zijn alle belanghebbenden van buitenaf. De 199 werknemers, de moederonderneming Aldaver en de manager Johan Verhelst zijn voorbeelden van interne stakeholders. Natuurlijk hebben alle moeder- en dochterondernemingen belang bij het bestaan en het goed functioneren van Verhelst Bouwmaterialen. Het bedrijf is niet beursgenoteerd dus Aldaver is de enige aandeelhouder maar het aantal aandelen dat Aldaver bezit van Verhelst Bouwmaterialen is niet bekend. Aldaver NV is een groot holdingbedrijf, het houdt zich vooral bezig met boekhouden en fiscaliteit. Aldaver is zelf ook voor een groot stuk in handen van de onderneming Patriver, die weer op haar beurt in handen is van De Keignaert, Thimatver en Verbri (Belfirst, 2014). Al deze moederondernemingen hebben er baat bij dat Verhelst Bouwmaterialen bestaat en zoveel mogelijk winst maakt. Bijlage 8 geeft de volledige aandeelhoudersstructuur schematisch weer.

De dochterondernemingen Verhelst natuursteen, steenbakkerij De Keignaert en chapebedrijf Verhelst & cie zijn natuurlijk ook stakeholders. De crediteuren, toeleveranciers en afnemers, die ook besproken werden in de bedrijfskolom zijn voorbeelden van externe stakeholders. De schulden aan crediteuren zijn voornamelijk leveranciersschulden en schulden aan kredietinstellingen, dit zijn beide schulden op ten hoogste 1 jaar.
Een heel ander soort externe stakeholders zijn vakbonden en bouwfederaties die hun leden halen uit bedrijven actief in de bouwsector zoals bouwmaterialen Verhelst en de belangen van alle werknemers in deze sector verdedigen. Enkele voorbeelden hiervan zijn de Europese bouwfederatie Fiec (European construction industry federation), Confederatie bouw, bouwunie, Fema en ACLVB Hout, Bouw en Industrie.

3.1 Middelen
In dit hoofdstuk komen de middelen aan bod. Wat er kan worden verteld is dat er in elk productieproces, productiemiddelen worden gebruikt en gecombineerd om de uiteindelijk gewenste output te realiseren. Middelen zijn enorm belangrijk in een onderneming.

2.2.1 Tewerkstelling
Er zijn de laatste 4 jaren ongeveer 200 werknemers tewerkgesteld bij Verhelst Bouwmaterialen. De arbeid die bij Bouwmaterialen verricht wordt, is vaak zwaardere arbeid gezien de onderneming actief is in de bouwsector. Dit verklaard waarom er meer mannen werken dan vrouwen.

Tabel 4: Aantal voltijds werknemers volgens geslacht en studieniveau

Bron: Belfirst, 2014

In tabel 4 valt af te lezen dat er in verhouding veel meer mannelijke werknemers zijn die geen hoger diploma hebben dan een diploma secundair onderwijs. Veel opleidingen in het secundair stomen studenten klaar om onmiddellijk aan de slag te kunnen in de bouwsector, vandaar dat een hoger opleidingsniveau vaak niet nodig is. Het spreekt voor zich dat er meer mannen werken in een sector waar fysieke arbeid een grote rol speelt.

Om te ontdekken of de productie arbeids- of kapitaalintensief gebeurt, moeten de kosten van beiden met elkaar vergeleken worden. Beide kunnen in jaarrekening worden teruggevonden bij de bedrijfskosten. De arbeidskosten vindt men onder bezoldigingen en de kosten van kapitaal zijn te vinden onder de afschrijvingen.

Figuur 5: Vergelijking van de kosten van arbeid en kapitaal over de laatste 5 jaar

Bron: NBB, 2009-2013

Figuur 5 vergelijkt de arbeidskost met de kapitaalskost en al snel wordt duidelijk dat de arbeidskosten veel hoger liggen dan de kapitaalskosten. Ook kenden de arbeidskosten over de laatste 4 jaar een lichte stijging terwijl de kapitaalskosten een lichte daling kenden over de laatste 3 jaren. Hieruit blijkt dus dat de productie arbeidsintensief gebeurt.

2.2.2 Productiviteit
Om de productiviteit van de werknemers te onderzoeken over de laatste 5 jaar deelt men de totale omzet door het aantal werknemers.
Figuur 6: Evolutie productiviteit

Bron: NBB, 2009-2013

Uit de figuur blijkt dat de productiviteit een piek kende in 2011. Dit is een atypisch jaar omdat ze dat jaar veel minder belastingen moesten betalen waardoor de omzet vrij hoog kwam te liggen. Voorts is duidelijk dat de productiviteit toch een lichte stijging kent tegenover 5 jaar geleden.
Een verklaring hiervoor kan zijn dat Verhelst bouwmaterialen toch vrij veel investeert in het opleiden van zijn personeel. Dit wordt duidelijk in tabel 5.

Tabel 5: Totaal van de formele voortgezette beroepsopleidingsinitiatieven ten laste van de werkgever

Bron: Belfirst, 2014

3.2 Organisatie
Onder dit hoofdstuk komt de organisatiestructuur aan bod. Een doelmatige organisatiestructuur in een onderneming is enorm belangrijk. Het invullen van alle bedrijfsfuncties en uitvoeren van daarmee gepaard gaande bedrijfsactiviteiten vereist het ontwikkelen en implementeren van een doelmatige organisatiestructuur (Smet, 2014).

2.3.1 Algemeen

De huidige afgevaardigd bestuurder is Verhelst Johan. Aldaver is aandeelhouder maar er is niet bekend hoeveel percent ze juist in handen hebben. Bouwmaterialen Verhelst heeft zelf respectievelijk 3 dochterondernemingen namelijk: Chapebedrijf Verhelst & Cie (100% van de aandelen), Verhelst Natuursteen (100% van de aandelen) en Steenbakkerij De Keignaert (99,89% van de aandelen).

3. Strategie en resultaten 4.3 De Belgische markten
Binnen de bedrijfstak zijn er op de Belgische markt heel wat bedrijven actief. Er zijn 6241 ondernemingen actief binnen de groothandel in bouwmaterialen, algemeen assortiment. Het is niet gemakkelijk om de rechtstreekse concurrenten van Verhelst Bouwmaterialen op te noemen omdat deze verschillende markten bedient terwijl er vele rechtstreekse concurrenten zijn van Verhelst Bouwmaterialen die maar 1 van de markten bedienen. Qua omzet staat Verhelst Bouwmaterialen op de 21e plek in de bedrijfstak. Hier worden kort de 5 interessantste concurrenten van Verhelst Bouwmaterialen.
De eerste twee ondernemingen die besproken worden zijn Defrancq Bouwspecialiteiten en Deschacht Plastics Belgium. Deschacht staat slechts op de 25e plek qua omzetcijfers en Defrancq slechts op de 26e plek maar deze bedrijven hebben net zoals Verhelst Bouwmaterialen een zeer uitgebreide productportfolio hebben en dus misschien als concurrent ‘gevaarlijker’ zijn dan bijvoorbeeld Winsol dat enkel zonwering, Outdoor Living, PVC en aluminium ramen en deuren, rolluiken, sectionale poorten, balustrades en raamdecoratie doet.
(Winsol, 2011)
Deschacht Plastics Belgium is een naamloze vennootschap die net zoals Verhelst Bouwmaterialen, rioleringen ,afvoer, daken, gevels en isolatiematerialen maakt. Deschacht kent een omzet van €64.594.722,7 en een netto-winst van €3.894.612,42. Opvallend hier is dat haar winst ongeveer even groot is als die van Verhelst Bouwmaterialen, maar haar omzet lager ligt en ze veel minder mensen in dienst heeft. Ondanks dat de omzetcijfers te 2 laatste jaren stabiel blijven, blijft het aantal werknemers jaarlijks groeien. Deschacht is dus een onderneming die groeit en zeker concurrentie kan zijn voor Verhelst Bouwmaterialen.
(Deschacht, 2014) (Finactum, 2013)
Een tweede interessante concurrent is Defrancq Bouwspecialiteiten. Zij verkopen bijna alles dat betrekking heeft tot daken. Van dakgoten, tot isolatie, tot roofing, tot werktuigen en machines voor dakwerkers. Ze bedienen misschien niet zoveel markten als Verhelst Bouwmaterialen maar ze hebben ook een zeer uitgebreide productportfolio. Met een omzet van € 64.773.839 staan de op de 25e plek binnen de bedrijfstak. Defrancq is een belangrijke concurrent omdat ze ondanks hun uitgebreide productportfolio, toch wel erg toegespitst blijven op daken. Verhelst Bouwmaterialen is niet enkel actief op de dakenmarkt, maar ook in andere markten dit maak het misschien moeilijk om op elke markt de directe concurrentie te verslaan.
(Defrancq, s.d.) (Infobel,2013)
Een derde concurrent is I.R.S.-Btech een onderneming die ook gespecialiseerd is in daken. Met een omzet van €72.962.502,46 bekleden ze de 22e plek, net onder Verhelst Bouwmaterialen. Intressant hier is dat de winst van I.R.S-Btech sinds 2010 steeg van €1.717.219,27 naar €5.824.009,39 wat een groot verschil is met de andere concurrenten.
(I.R.S.-Btech, 2014) (Finactum, 2013)
De vierde onderneming die besproken wordt is Belgomine. Met een omzet van €750.710.591 zijn zij de marktleider binnen de sector. Ondanks dat Belgomine een veel groter marktaandeel heeft is het een belangrijke concurrent omdat deze veel invloed kan hebben op een kleinere onderneming.
(Finactum, 2013)
De vijfde onderneming die besproken wordt is Wienerberger. Zij staan ook veel hoger dan Verhelst bouwmaterialen qua marktaandeel, maar hebben een zeer gelijkaardige productportfolio. Gezien Verhelst Bouwmaterialen marktleider wilt worden, kunnen ze veel leren van een een onderneming die gelijkaardige activiteiten heeft.
(Wienerberger, 2014) (Finactum, 2013)

4.4 Competitiviteit
In dit deel wordt de competitiviteit besproken van Verhelst Bouwmaterialen en de 5 interessantste concurrenten. Voor Verhelst bouwmaterialen vergeleken zal worden met zijn concurrenten, wordt eerst gekeken naar de eigen rendementscijfers van de afgelopen jaren vergeleken met het gemiddelde van de sector. Dit wordt duidelijk in figuur 7.

Figuur 7: Intertemporele positiematrix van Verhelst Bouwmaterialen
Bron: Eigen berekeningen

Deze grafiek toont dat Verhelst Bouwmaterialen het steeds beter deed dan de gemiddelde onderneming binnen de sector en steeds rendabeler worden dan de gemiddelde onderneming.
De grafiek toont hier dat de rendementscijfers van de gehele sector vanaf 2010 een dalend verloop kennen.
De financiële crisis is de oorzaak van de daling in het rendement van de sector en Verhelst Bouwmaterialen. Door de crisis zijn de mensen het vertrouwen in de banken verloren waardoor ze minder gemakkelijk leningen aangaan. Ze opteren steeds meer voor het huren van een woning omdat dit, zeker op korte termijn, het goedkoopste is.
Wanneer de cijfers van Verhelst Bouwmaterialen worden bekeken, wordt snel duidelijk dat het verschil met het gewogen gemiddelde van de sector steeds groter wordt en dit in positieve zin. Dit wil zeggen dat Verhelst Bouwmaterialen steeds beter presteert op het gebied van rendement dan de gemiddelde onderneming. De rendementscijfers van Verhelst Bouwmaterialen zijn sinds 2010 in stijgende lijn. De oorzaak hiervan is te vinden in de winst die over de laatste 5 jaar een stijgend verloop kent.
Vervolgens worden de concurrenten vergeleken ten eerste met de hele sector en ten tweede met Verhelst Bouwmaterialen zelf. Dit wordt gedaan aan de hand van een statische positiematrix. Eerst wordt de positiematrix van 2009 voor de 6 ondernemingen bekeken, vervolgens wordt de matrix van 2013 bekeken zodat er een beeld van evolutie gevormd kan worden.

Figuur 8: Statistische positiematrix van het jaar 2009
Bron: Eigen berekeningen

Snel wordt duidelijk dat Verhelst Bouwmaterialen het vrij slecht deed tegenover haar 5 concurrenten. Samen met Belgomine scoort ze het laagst. I.R.S.-Btech scoort het beste met een rendement van 40%. Dit komt omdat zij een zeer laag eigen vermogen hebben.
Alle 6 ondernemingen doen het beter dan de gemiddelde onderneming in 2009.
In 2013 is het sectorrendement gedaald, maar ook enkele opvallende verschillen tegenover 2009. Het rendement van I.R.S.-Btech daalde sterk ondanks een stijging in de winst. Een zeer grote stijging van het eigen vermogen is hier dus de oorzaak.
Het cijfer van Verhelst Bouwmaterialen is verdrievoudigd waardoor het de beste groei kent van de 6 ondernemingen op vlak van rendement. Wienerberger kende een zeer grote daling in winst waardoor de rendementscijfers drastisch zijn gedaald.
Defrancq en de Deschacht scoren in 2013 het beste.

Figuur 9: Statische positiematrix van het jaar 2013

Bron: Eigen berekeningen

4. Financiële analyse
In het deel financiële analyse zal een horizontale en verticale analyse gemaakt worden van de belangrijkste rubrieken op de enkelvoudige jaarrekening van Verhelst bouwmaterialen.
De verticale analyse beschrijft de situatie in het jaar 2013 en de horizontale analyse beschrijft de evolutie van het bedrijf over de laatste vijf jaren. Er werd gebruik gemaakt van de cijfers van het jaar 2013, aangezien dit de laatst beschikbare cijfers waren. De gebruikte jaarrekeningen en berekeningen zijn te vinden in de bijlage.

5.5 Horizontale analyse
Onder het punt 4.1 wordt de horizontale analyse besproken. Deze analyse heeft tot doel na te gaan hoe de verschillende gegevens zijn geëvolueerd in de tijd (ACLVB, 2006). De horizontale analyse voor Verhelst bouwmaterialen wordt gedaan op een periode van 5 jaar. Het jaar 2009 wordt beschouwd als basisjaar en wordt gelijkgesteld aan 100%. De jaren nadien kunnen verschillende gegevens worden bekeken die een stijging of daling hebben gekend.

5.6.2 Balans: Actief
Vaste activa:
Op een tijdshorizon van vijf jaar is de vaste activa van Verhelst Bouwmaterialen ingekrompen met bijna 14 procent. Opvallend is de daling van het materiële vaste actief tegenover een stijging van de financiële vaste activa. Respectievelijk daalde de materiële vaste activa met bijna 23 procent en steeg de financiële vaste activa met iets meer dan 16 procent gedurende de vijf jaren. Dus de relatief grote daling van het materiële vaste activa werd beperkt en opgevangen dankzij een stijging van het financiële activa. Dit resulteert in een kleine daling in de totale vaste activa (NBB, 2009-2013).
Vlottende activa:
De vlottende activa zijn in tegenstelling tot de vaste activa op de tijdshorizon van vijf jaar gestegen met iets meer dan 22 procent. Merkwaardig binnen de vlottende activa zijn de vorderingen op ten hoogste één jaar. Deze zijn het eerst volgende jaar op het basisjaar licht gestegen met een kleine vijf procent om vervolgens in de laatste drie jaren enorm te dalen. Van het tweede op het derde jaar (2010-2011) is er sprake van een drastische daling van wel 89 procent. Vervolgens daalt het verder nog licht tot aan het slotjaar. De liquide middelen daar tegenover zijn in de periode 2009-2010 enorm gestegen met wel 68 procent. Vervolgens zijn de liquide middelen ieder volgend jaar enorm ingekrompen. Uiteindelijk in 2013 komen de liquide middelen slechts op tien procent vergeleken met de hoeveelheid in het basisjaar. Deze sterke daling van de liquide middelen betekent dus dat de kasgelden, tegoeden op zichtrekeningen of gewone depositoboekjes sterk zijn gedaald en dit kan gevaren en moeilijkheden met zich meebrengen. Verhelst bouwmaterialen kan moeilijkheden ondervinden op vlak van salarissen betalen, schulden afbetalen, een project financieren, onroerende of roerende zaken kopen, etc. (NBB, 2009-2013).
Totaal der activa:
Het totaal der activa kende van 2009 tot 2011 een lichte stijging. Vervolgens kende Verhelst Bouwmaterialen een terugval van hun totaal der activa. Uiteindelijk, in het laatste jaar, was er wederom een lichte stijging zodat het eindsaldo in het slotjaar lichtjes het beginsaldo van het basisjaar overschrijdt (NBB, 2009-2013).

5.6.3 Balans: Passief

5.6.4 Resultatenrekening
Eigen vermogen:
Het eigen vermogen stijgt relatief lineair over de onderzochte tijdshorizon van vijf jaar. Het kapitaal blijft constant gedurende de vijf jaren. Er is dus geen sprake van een kapitaalsverhoging en/of onttrekking aan het kapitaal. De stijging is uitsluitend te wijten aan een grondige stijging van de reserves. Deze reserves stegen in de onderzochte periode in totaal met wel 46 procent. Daartegenover zijn de voorzieningen en uitgestelde belastingen over deze tijdshorizon lichtjes gedaald met zo’n zeven procent (NBB, 2009-2013).
Vreemd vermogen:
De schulden zijn in de eerste drie jaren (2009-2011) licht gestegen om vervolgens een relatief stevige daling te maken in het vierde jaar (2012). Uiteindelijk namen de schulden in het laatste jaar weer lichtjes toe. In het algemeen kunnen we dus een uiteindelijke daling van het vreemd vermogen beschouwen. De oorzaak is voornamelijk de sterke daling van de schulden op meer dan één jaar. In het eerst volgende jaar op het basisjaar worden deze bijna gehalveerd en vervolgens in het daaropvolgende jaar wordt het vreemd vermogen wederom gehalveerd. Er kan dus gesteld worden dat Verhelst Bouwmaterialen leningen op langere termijn liever mijdt en afbouwt, dit kan te maken hebben met de maturiteit van de onderneming en het belang van vreemd vermogen steeds afneemt. De schulden op ten hoogste één jaar worden relatief stabiel gehouden (NBB, 2009-2013).
Totaal der passiva:
Het totaal der passiva kent een lichte stijging tot en met het derde jaar (2011). Daarna is er een terugloop merkbaar tot het oorspronkelijke saldo van het basisjaar. Uiteindelijk, in het laatste jaar, stijgt het totaal wederom met negen procent (NBB, 2009-2013).

5.6 Verticale analyse
Onder het punt 4.2 wordt de verticale analyse behandeld. De verticale analyse in de tijd laat toe een inzicht te krijgen in de wijzigingen qua samenstelling van de balans en resultatenrekening (ACLVB, 2006). Deze analyse wordt eveneens gedaan op een periode van 5 jaar. Het totaal van de actief en van de passief op de balans wordt aan 100% gelijkgesteld, de andere posten worden van het totaal berekend. Op de resultatenrekening worden de kosten en opbrengsten telkens aan 100% gelijkgesteld, hierin worden de andere posten ook van het totaal berekend. Na deze berekeningen kan er duidelijk worden waargenomen waaruit het totaal der actief, het totaal der passief, de kosten en de opbrengsten worden samengesteld.

5.7.5 Balans: Actief
Het bedrijf Verhelst Bouwmaterialen heeft een beduidend hogere vlottende activa dan vaste activa. Het totaal der activa bedraagt 46.947.458 euro. Van dit bedrag bestaat 73,02 % uit vlottende activa en 26,98% uit vaste activa. Dit maakt dat de vlottende activa bijna drie keer hoger ligt dan de vaste activa.
Bij de vaste activa is de materiële vaste activa de grootste rubriek bij uitstek. De materiële vaste activa is goed voor 18,78% van het totaal der activa. Bij de vlottende activa is de rubriek voorraden veruit de grootste. De voorraden bedragen 17,91% van het totaal der activa (NBB, 2009-2013).

5.7.6 Balans: Passief
Als het aankomt op financiering valt direct op dat het eigen vermogen van Verhelst bouwmaterialen zeer hoog ligt. Het totaal der passiva bedraagt 46.947.458 euro. Dit bedrag bestaat uit 54,23% eigen vermogen en 44,53% schulden.
Opmerkelijk is de rubriek reserves, die maar liefst 47,29% van het totaal der passiva inneemt en ook meteen goed is voor de hoge waarden van het eigen vermogen. Bij de schulden valt de rubriek “schulden op minder dan 1 jaar” meteen op, deze bedraagt 42,97% van het totaal der passiva. De rubrieken reserves en schulden op minder dan 1 jaar zijn dus samen goed voor 90,26% van het totaal der passiva (NBB, 2009-2013).

5.7.7 Resultatenrekening
De rubrieken bedrijfsopbrengsten en bedrijfskosten zijn in de resultatenrekening van Verhelst bouwmaterialen veruit het belangrijkste. De bedrijfsopbrengsten van ongeveer 76,3 miljoen euro bestaan voor 99,35% uit de omzet. De bedrijfskosten van Verhelst Bouwmaterialen liggen zeer hoog, zelfs bijna even hoog als de bedrijfsopbrengsten. Door deze hoge bedrijfskosten blijft er slechts 1,72% van de bedrijfsopbrengsten over als bedrijfswinst (NBB, 2009-2013).

Er blijft dus weinig bedrijfswinst over (1,72% van bedrijfsopbrengsten) na de vermindering van de hoge bedrijfskosten, maar toch ligt de winst van het boekjaar na belastingen een stuk hoger, dit komt door nog relatief hoge financiële opbrengsten (3,80 % van bedrijfsopbrengsten). Uiteindelijk heeft het bedrijf na de betalingen van belastingen een winst van 3.828.422 euro, dit is 5,02% van de bedrijfsopbrengsten (NBB, 2009-2013).

5.7 Ratio analyse
In dit hoofdstuk komt de ratio analyse aan bod. Hierin worden er verschillende ratio’s of kengetallen berekend en vervolgens verklaard. Een ratio is een verhoudingsgetal waarbij 2 of meer posten uit de resultatenrekening en/ of balans met elkaar in verband worden gebracht (Tiscali, 2005). Bij de ratio analyse van Verhelst bouwmaterialen werd er gebruik gemaakt van de jaarrekening van het jaar 2013.

5.8.8 Liquiditeit
Onder dit punt wordt de liquiditeit besproken. Deze wordt afgeleid uit de vergelijking van kasinkomsten met kasuitgaven. Indien de kasinkomsten onvoldoende zijn om de kasuitgaven te dekken ontstaat er een liquiditeitstekort. Indien er geen bijkomende financiering wordt om dit tekort op te vangen kan het leiden tot een faillissement (Devloo, 2011).

4.3.1.1 Liquiditeit in ruime zin
De liquiditeit in ruime zin wordt gevonden via de current ratio. Een current ratio van 1 of meer geeft weer dat de vlottende activa groter of gelijk zijn aan de korte termijn verplichtingen. Een current ratio dat gelijk is aan 1 staat niet noodzakelijkerwijs gelijk aan een gezonde onderneming, want er kunnen zich namelijk altijd problemen voordoen. Enerzijds op vlak van klanten die laattijdig of plots zelfs niet betalen en anderzijds door voorraden die minder vlot roteren. Het is echter wel aan te raden om een marge in te bouwen. Een current ratio van 1,5 zorgt voor een goede liquiditeitspositie van de onderneming (Software Vergelijken B.V., 2014).
Op basis van figuur 10 kan er vastgesteld worden dat Verhelst Bouwmaterialen geen problemen ondervindt bij het inlossen van haar schulden op korte termijn over de 5 onderzochte jaren. Daarenboven is er een opwaarderende trend waar te nemen over de jaren heen. De eerste 3 jaren heeft de onderneming een relatieve veilige marge en deze stijgt vervolgens zelfs naar een comfortabele marge in de laatste 2 jaren.
Figuur 10: liquiditeit in ruime zin
Bron: NBB, 2009-2013

Bron: NBB, 2009-2014

4.3.1.2 Liquiditeit in enge zin
De liquiditeit in enge zin wordt gevonden aan de hand van de quick ratio. Deze neemt abstractie van de minst liquide middelen zoals voorraden en overlopende rekeningen. Dit wordt gedaan omdat het vaak relatief veel tijd vergt om deze voorraden liquide te maken.
De quick ratio meet dan ook in welke mate de kortlopende schulden van de onderneming kunnen worden afgelost op zeer korte termijn. Een waarde van meer dan 1 wordt aanzien als een veilige financiële situatie. Uit figuur 11 kan besloten worden dat Verhelst Bouwmaterialen gedurende de eerste 3 onderzochte jaren relatieve moeilijkheden ondervindt bij het aflossen van haar kortlopende schulden op zeer korte termijn exclusief haar voorraden. Vanaf het jaar 2010 is er wel een stijgende trend op te merken die uiteindelijk vanaf 2012 tot een gezonde en veilige financiële positie leidt. In het laatste jaar haalt de onderneming zelfs een waarde van 1,17 wat duidt op een uiterst gezonde situatie (Software Vergelijken B.V., 2014).

Figuur 11: Liquiditeit in enge zin

Bron: NBB, 2009-2014

4.3.1.3 Klantenkrediet
Overigens is ook het klantenkrediet een goede indicator om de liquiditeit van een onderneming mee te bestuderen. Het klantenkrediet drukt uit, in dagen, op welke gemiddelde tijdspanne klantenvorderingen door de onderneming worden ontvangen en geïnd. Hoe lager deze waarde, hoe beter de liquiditeit van de handelsvorderingen van de onderneming. Volgens de figuur hieronder heeft Verhelst Bouwmaterialen in de 5 onderzochte jaren minimum 60 dagen en maximum 67 dagen moeten wachten om klantenvorderingen te innen. Deze hoge waarden kunnen wijzen op enerzijds dat Verhelst te maken heeft met veel dubieuze klanten of anderzijds dat ze een laks debiteurenbeleid voeren. Opvallend aan de figuur is de piek in 2011, die verklaard kan worden door een –iets later volgende- reactie op de crisis. Klanten hadden toen meer moeilijkheden bij het op tijd betalen van hun leverancier. Voor Verhelst Bouwmaterialen had dit tot gevolg dat ze gemiddeld zo’n 6 dagen extra krediet moesten voorzien aan hun klanten (Unizo, 2014).

Figuur 12: Klantenkrediet

Bron: NBB, 2009-2014

4.3.1.4 Leverancierskrediet
Het leverancierskrediet kan omschreven worden als het uitstel van betaling dat een onderneming krijgt van haar leverancier. Het gaat hier om de tijd die verstrijkt tussen de effectieve levering van de goederen door de leverancier en de daadwerkelijke betaling door de onderneming (Unizo, 2014). Leverancierskrediet is een financieringsvorm waar een onderneming mits onderlinge overeenkomst met haar leverancier van kan genieten. De onderneming vraagt uitstel van betaling aan haar leverancier en verkrijgt zo ‘gratis’ krediet, het is namelijk een intrestloze lening van de leverancier aan de onderneming. Echter zullen er wel financiële kortingen toegekend worden aan ondernemingen die spoedig en/of contant betalen en dit wordt dan mislopen bij het verkrijgen van leverancierskrediet. Desondanks is het ook toch gunstig voor de onderneming indien deze ratio hoog is.
Uit figuur 12 valt een stijging op te merken vanaf het eerste jaar tot 2011 waarna het een aanzienlijk knik neerwaarts krijgt. Dit zou kunnen wijzen op een laag vertrouwen van de leveranciers in de terugbetalingsmogelijkheden van Verhelst Bouwmaterialen. In dit geval zouden de leveranciers een minder goed beeld hebben van de onderneming en hebben daarom niet voldoende vertrouwen om langer krediet te verlenen. Echter is Verhelst een gezonde onderneming en wijst deze relatief lage waarde eerder op het feit dat ze geen enkele moeilijkheden ervaren met het betalen van hun leveranciers. Ze verkiezen dus een snelle betaling en een snelle afhandeling boven het verkrijgen van extra krediet van hun leveranciers. Uit de grafiek blijkt dat deze termijn het langst was in 2011, in dit jaar had de onderneming m.a.w. een iets langere periode nodig om haar leveranciers terug te betalen. Het eerst volgende jaar bouwt de onderneming deze termijn wederom af en verkiest ze weer voor een vlottere en snellere betaling.
Figuur 13: Leverancierskrediet

Bron: NBB, 2009-2014

Uiteindelijk, mits beide grafieken van het klantenkrediet enerzijds en het leverancierskrediet anderzijds met elkaar te vergelijken, kan er geconcludeerd worden dat Verhelst Bouwmaterialen een aanzienlijke tijdspanne moet overbruggen. Deze tijdspanne is niets meer dan het aantal dagen dat ze krediet verlenen aan haar klanten minus het aantal dagen dat ze er zelf over doet om haar facturen te betalen aan haar leveranciers. In dit geval is het klantenkrediet groter als het leverancierskrediet en kan de onderneming hierdoor in de (liquiditeit)problemen komen. Dit wordt later nog toegelicht bij de bespreking van de zwakke punten in de SWOT-analyse.

4.3.1 Solvabiliteit
Onder het punt 4.3.2 wordt de solvabiliteit besproken. Deze geeft het belang aan van de financiering met eigen middelen, deze zijn respectievelijk de vreemde middelen of schulden. De solvabiliteit is vaak de verhouding tussen de eigen middelen en de totale middelen, uitgedrukt als percentage (Devloo, 2011).

4.3.2.5 Financiële autonomie
De passiva zijn alle financieringsbronnen van een onderneming. De ratio die het percentage van het eigen vermogen in het totaal van de passiva uitdrukt, heet de financiële autonomie van een bedrijf. Een hoge financiële autonomie duidt dus op een groot aandeel eigen vermogen in de passiva en maakt het bedrijf minder kwetsbaar voor schuldeisers. In figuur 14 wordt de financiële autonomie van Verhelst Bouwmaterialen weergegeven van de laatste 5 jaar. Tussen 2009 en 2011 bleef deze vrij stabiel, daarna kwam een forse stijging tussen het jaar 2011 en 2012. Tussen 2011 en 2012 steeg het eigen vermogen met ongeveer 10% en daalde het totaal van de passiva met ongeveer 10%, dit was de oorzaak voor de sterke toename bij de financiële autonomie. In de andere jaren stegen en daalden het eigen vermogen en passiva altijd samen, wat zorgde voor relatief kleine stijgingen en dalingen.

Figuur 14: Financiële autonomie

Bron: NBB, 2009-2014

4.3.2.6 Algemene schuldgraad

De algemene schuldgraad geeft het aandeel vreemd vermogen in het totaal van de passiva weer. Een hoge algemene schuldgraad betekent dus dat een bedrijf nog veel schulden heeft, deze kunnen zowel korte als lange termijn schulden zijn. In figuur 15 wordt de evolutie van de algemene schuldgraad van Verhelst Bouwmaterialen weergegeven.

Figuur 15: Algemene schuldgraad

Bron: NBB, 2009-2014

Het is logisch dat in figuur 15 het omgekeerde gebeurt als in figuur 14. De passiva wordt namelijk gevormd door het eigen vermogen en het vreemd vermogen. Er valt in figuur 15 een forse daling te zien van de algemene schuldgraad tussen 2011 en 2012 omdat de passiva daalden en het eigen vermogen een groter aandeel kreeg in deze passiva, dat zorgt er automatisch voor dat het aandeel vreemd vermogen in het totaal van de passiva daalt.

4.3.2 Rendabiliteit
Onder het punt 4.3.3 komt de rendabiliteit aan bod. De rendabiliteit is de verhouding van het resultaat en het geïnvesteerde vermogen waarmede dit resultaat is behaald. Het wordt ook wel de winstgevendheid van de onderneming genoemd. Hoe hoger de rendabiliteit bij een onderneming, hoe beter. De rendabiliteit is tevens één van de belangrijkste doelstellingen van een onderneming (Devloo, 2011).

4.3.3.1 Rendement op eigen vermogen
Het percentage op het eigen vermogen dat staat voor de gemaakte winst, heet het rendement op eigen vermogen. In figuur 16 wordt het rendement op eigen vermogen van Verhelst Bouwmaterialen gegeven.

Figuur 16: rendement op eigen vermogen

Bron: NBB, 2009-2014
De daling van het rendement op eigen vermogen tussen 2009 en 2010 valt te wijten aan een daling van de winst. De omzetcijfers van Verhelst Bouwmaterialen zijn tijdens de economische crisis niet drastisch gedaald maar de winst van het boekjaar kende wel een enorme daling in die periode. Na de daling in winst in het jaar 2010 volgde al snel een enorme stijging en deze winst bleef elk jaar stijgen. De winst van het boekjaar bedroeg in 2010 slechts 1.140.375 euro, 3 jaar later was deze winst meer dan drie keer zo groot. Het eigen vermogen is tussen 2009 en 2013 elk jaar blijven stijgen met ongeveer 10%. De enorme stijging van het rendement op eigen vermogen in figuur 16 valt dus volledig te wijten aan de alsmaar stijgende winstcijfers van de onderneming. In 2013 is er sprake van een rendement van 15% op eigen vermogen. Dit wil zeggen dat de onderneming een bepaald bedrag aan eigen vermogen heeft ingebracht en hierop een rendement van 15% heeft gekregen. Een rendement van 15% is zeker niet slecht gezien de economische toestand, daarbij zijn alle intresten op bankrekeningen de laatste 5 jaar blijven dalen.

4.3.3.2 Rendement op activa
Het rendement op activa meet de winst in verhouding tot het totale vermogen van de onderneming. In figuur 17 wordt het rendement op activa van Verhelst Bouwmaterialen van de laatste 5 jaren weergegeven.

Figuur 17: rendement op activa

Bron: NBB, 2009-2014
Het rendement op activa van Verhelst bouwmaterialen kende een daling tussen 2009 en 2010. Deze daling werd veroorzaakt door een lage winst van het boekjaar en hoge belastingen op het resultaat van het boekjaar in zowel 2009 als 2010. Sinds 2011 was de winst van het boekjaar enorm gestegen en de belastingen op het resultaat van het boekjaar werden zeer klein. De stijging van het rendement op activa na 2010 valt te wijten aan een enorm hard stijgende winst van het boekjaar. Een hoog rendement op activa kan positief uitdraaien wanneer het bedrijf geld wilt lenen bij financiële instellingen.

4.3.3.3 Operationele cashflow
De operationele cash flow is de som van het bedrijfsresultaat en de niet-kaskosten. Het is een goede indicator om te controleren of het bedrijf meer geld verdient dan verliest. De operationele cash flow is dan ook best zo hoog mogelijk maar kan gemakkelijk eenmalig negatief zijn doordat het bedrijf bijvoorbeeld beslist om grote investeringen te doen en een jaar minder te produceren. In figuur 18 wordt de operationele cash flow van Verhelst Bouwmaterialen weergegeven.

Figuur 18: Evolutie van de operationele cash flow van Verhelst bouwmaterialen

Bron: NBB, 2009-2014

De operationele cash flow van Verhelst bouwmaterialen vertoont de situatie van een normaal bedrijf: Er is sprake van een degelijke winst en nog veel ruimte voor eventuele investeringen. Er moet wel rekening gehouden worden met het feit dat de onderneming relatief hoge niet-kaskosten heeft, deze trekken de operationele cash flow een heel stuk omhoog. De operationele cash flow is tussen 2009 en 2011 vrij constant. Er is sprake van een forse stijging in 2012, deze wordt veroorzaakt door een stijging van de bedrijfswinst in dat jaar. Deze stijging van de operationele cashflow wordt opgevolgd door een nog sterkere daling in het jaar 2013 omdat de bedrijfswinst in dat jaar gedaald is. De bedrijfswinst daalde doordat de bedrijfskosten stegen met 600.000 euro.

4.3 Sectoranalyse
In dit onderdeel wordt er een analyse gemaakt van de sector waarin de onderneming, ‘Verhelst Bouwmaterialen’ actief is. Dit wordt gedaan om een goed beeld te schetsen van de sector. Bij deze analyse wordt er gekeken naar verschillende variabelen en komen de kwartielen hiervan vooral aan bod. Uiteindelijk wordt de positie en evolutie van de onderneming ten opzichte van de sector duidelijk in beeld gebracht. De analyse wordt verdeeld in twee delen, hierbij wordt er een onderscheid gemaakt tussen de financiële en niet- financiële gegevens. De niet-financiële gegevens komen eerst aan bod, deze worden verder onderverdeeld in enerzijds de sectorverdeling naar juridische vorm en regio en anderzijds naar leeftijd en regio

De onderstaande tabel geeft de verdeling van de sector weer naar juridische vorm en bekijkt deze verdeling ook nog per regio. De regio’s hier van toepassing zijn de 3 gewesten, namelijk het Vlaams gewest, het Waals gewest en het Brussels hoofdstedelijk gewest.
Tabel 6: Kruistabel juridische vorm - regio

Bron: eigen berekeningen
Bij het bekijken van tabel 6 kan er worden besloten dat de BVBA met een percentage van 56,74%, het leeuwendeel is in de sector. Vervolgens is het ook interessant om te vermelden dat 4,17% van de ondernemingen EBVBA’s zijn. Concreet zijn dit BVBA ’s met 1 oprichter/aandeelhouder.
De leeftijd van de bedrijven in de sector, die verdeelt wordt in regio’s, wordt in het onderstaande tabel weergegeven. Hier werd er gebruik gemaakt van intervallen met een leeftijd van 20 jaar.

Tabel 7: Kruistabel leeftijd- regio

Bron: eigen berekeningen
Tabel 7 toont aan dat de meeste ondernemingen in de sector tussen de dertig en de vijftig jaar liggen. Verder komen de bedrijven tussen de tien en dertig jaar. Vervolgens kan er gelezen worden dat 13,45% van de ondernemingen een leeftijd hebben tussen de 50 en de 70 jaar oud.
Het kleinste deel in de sector is de groep die jonger is dan 10 jaar of ouder dan 70 jaar. De verschillen tussen de 3 regio’s kunnen niet geanalyseerd worden aangezien er te weinig ondernemingen zijn om gegronde uitspraken te kunnen maken over de verschillen: Wallonië telt 46 onderneming en het Brussels Hoofdstedelijk Gewest slechts 9, terwijl Vlaanderen er maar liefst 146 telt.

4.4.1 Omzet
De omzet is een indicator om te zien hoe succesvol een bedrijf is. Het is de optelsom van alle inkomsten van een bedrijf binnen een bepaalde periode. Het zegt niets over de daadwerkelijke winst maar schommelingen in de omzet geven weer hoe het met het bedrijf is gesteld (Omzet, 2014).
De onderstaande figuur gaat over de omzet van Verhelst Bouwmaterialen in vergelijking met de omzet van de bedrijven in de sector. Voor deze omzet van de sector worden kwartielwaarden gebruikt van 25%, 50% en 75%.

Figuur 19: kwartielwaarden omzet

Bron: Belfirst, 2014
Figuur 19 toont dat de onderneming Verhelst Bouwmaterialen in het jaar 2009 een omzet realiseerde van 71 miljoen. Deze omzet bleef de jaren nadien stijgen tot 81 miljoen. Hierna kende deze een lichte daling tot 75 miljoen in 2012 waarna het weerom stijgend verliep. De omzet die de onderneming realiseerde tussen 2009 en 2013 is veel groter dan die van de grootste bedrijven in de sector.
Uit de figuur kan er ook worden afgeleid dat 75% van de ondernemingen die werden onderzocht, een omzet realiseerde van 39 miljoen in 2009 tot slechts 42 miljoen in 2013. Dit wijst erop dat de gerealiseerde omzet in de sector gedurende vijf jaar bleef toenemen. De onderneming, Verhelst Bouwmaterialen ligt tussen het jaar 2009 en 2013 voortdurend in het vierde kwartiel. Het is duidelijk, doordat ze in het vierde kwartiel ligt, hoort ze ook bij de grootste bedrijven in de sector.
4.4.2 Toegevoegde waarde
De toegevoegde waarde is het verschil tussen de omzet en de aankoop van handelsgoederen, grondstoffen en half-afgewerkte producten. Eveneens de kosten verbonden aan de aanschaf van diensten en diverse goederen worden hier in mindering gebracht (Vlaamse netwerk van ondernemingen, 2012). In figuur 20 wordt de toegevoegde waarde van Verhelst Bouwmaterialen en de toegevoegde waarde van de sector in kwartielwaarden grafisch weergegeven.
Figuur 20: Kwartielwaarden toegevoegde waarde

Bron: Belfirst, 2014
Figuur 20 toont dat Verhelst Bouwmaterialen een toegevoegde waarde genereerde van ongeveer 14 miljoen in het jaar 2009. Deze steeg het jaar nadien tot bijna 14,5 miljoen. In 2011 kende de toegevoegde waarde een inkrimping tot 13,5 miljoen waarna het weer steeg tot 14,4 miljoen en uiteindelijk een toegevoegde waarde realiseerde van 14 miljoen in 2013.
Uit de figuur kan er worden afgelezen dat Verhelst Bouwmaterialen voortdurend in het vierde kwartiel schommelt. De onderneming heeft een grote toegevoegde waarde en hierdoor hoort deze ook bij de grootste ondernemingen in de sector. Het bedrijf kende tussen het jaar 2010 en 2011 een daling van ongeveer 1 miljoen. De sector kende deze daling niet, het komt doordat Verhelst Bouwmaterialen meer handelsgoederen aankocht en hierdoor daalde de toegevoegde waarde lichtjes.

4.4.3 Balanstotaal
Als derde indicator voor de sectoranalyse wordt het balanstotaal bekeken. Het balanstotaal is de som van alle activa. Bij het bestuderen van deze indicator kan de relatieve omvang van een onderneming ten opzichte van andere ondernemingen in de zelfde bedrijfstak worden gegeven. Figuur 21 illustreert het balanstotaal van de sector in kwartielwaarden en het balanstotaal van de onderneming, Verhelst Bouwmaterialen.

Figuur 21: Kwartielwaarden balanstotaal

Bron: Belfirst, 2014
Uit figuur 21 kan er worden afgelezen dat Verhelst Bouwmaterialen constant in het vierde kwartiel ligt. Hierdoor hoort ze bij de groep met de grootste balanstotaal in de sector. Het balanstotaal van Verhelst Bouwmaterialen kent een stijgend verloop, in het jaar 2012 daalde het echter tot 43 miljoen, hierna steeg het weer. Per slot van rekening kan er worden vastgesteld dat Verhelst Bouwmaterialen een grote onderneming is in de sector en dat de som van het activa met ongeveer 4 miljoen steeg in 5 jaar tijd.

4.4.4 Totaal aantal werknemers
Voorts is de tewerkstelling alsook een belangrijke indicator voor de analyse van de sector. Op de onderstaande figuur wordt het totaal aantal werknemers weergegeven van Verhelst Bouwmaterialen en de sector waarin deze actief is.

Figuur 22: Kwartielwaarden van het gemiddeld totaal aantal werknemers

Bron: Belfirst, 2014
Het is duidelijk dat Verhelst Bouwmaterialen over een veel uitgebreider personeelsbestand beschikt dan de meeste bedrijven in dezelfde sector. Dankzij de kwartielwaarden kan er uit figuur 22 duidelijk worden afgelezen dat de grootste geselecteerde bedrijven, gelegen in het vierde kwartiel gemiddeld 81 werknemers hadden in het jaar 2010, terwijl Verhelst Bouwmaterialen er 192 had. Dat is meer dan de helft, Verhelst Bouwmaterialen is een grote onderneming met een grote personeelsbestand.
In het volgende onderdeel komt het tweede deel van de sectoranalyse aan bod. Dit onderdeel bevat financiële ratio’s die berekend worden om uiteindelijk tot een meer duidelijk gedetailleerd beeld van de sector te komen. De besprekingen en berekeningen die volgen zijn op dezelfde werkwijze als de voorgaande maatstaven gemaakt.

4.4.5 Current ratio

De current ratio werd duidelijk verklaard in het deel van de ratio analyse. Het dient om de liquiditeit te beoordelen, daardoor wordt er gekeken naar de kas-inkomsten en –uitgaven. Op de onderstaande figuur worden de kwartielwaarden van de current ratio weergegeven van de sector en deze worden vergeleken met de cijfers van Verhelst Bouwmaterialen.

Figuur 23: Kwartielwaarden current ratio

Bron: Belfirst, 2014
Uit de figuur kan er worden waargenomen dat zowel de kleinste als de grootste ondernemingen doorheen de jaren een current ratio heeft van 1. De sector doet het dus vrij goed, 1 is de norm en indien het lager dan deze norm was, zou het bedrijf mogelijk niet kunnen voldoen aan haar verplichtingen op korte termijn. 4.4.6 Quick ratio
De quick ratio is eveneens een liquiditeitsratio, het verschil met de current ratio is dat er bij deze ratio geen voorraden zijn. Aangezien voorraden minder snel kunnen omgezet worden in liquide middelen worden ze buiten beschouwing gelaten. Op de onderstaande figuur wordt op dezelfde manier als het voorgaand ratio de quick ratio geïllustreerd.

Figuur 24: Kwartielwaarden quick ratio

Bron: Belfirst, 2014

Te zien in figuur 24 is dat Verhelst Bouwmaterialen een stijgend verloopt kent. De onderneming begint in het tweede kwartiel, in 2010 daalde het tot 0,82. Indien het nog een klein beetje meer daalde ging ze naar het eerste kwartiel. De onderneming blijft grotendeels in het tweede kwartiel schommelen, ten slotte eindigt het in het derde kwartiel in 2013 met een liquiditeit van 1,18.

4.4.7 Klantenkrediet
Het klantenkrediet heeft betrekking op de gemiddelde termijn die klanten nodig hebben om hun facturen te betalen. Hoe groter het aantal dagen klantenkrediet, hoe langer de onderneming wacht op de betalingen van haar klanten. In figuur 25 wordt het aantal dagen klantenkrediet weergegeven (Devloo, 2011).

Figuur 25: Kwartielwaarden klantenkrediet

Bron: Belfirst, 2014

Figuur 25 toont dat het aantal dagen klantenkrediet van Verhelst Bouwmaterialen, met gemiddeld 1 dag is gedaald van het jaar 2009 tot 2013. In het jaar 2011 is zeer duidelijk een sterke stijging merkbaar, het aantal dagen klantenkrediet steeg tot gemiddeld 66 dagen. In het jaar 2011 moest de onderneming langer op haar geld wachten dan in de andere jaren. In 2012, het jaar nadien daalde het aantal dagen tot gemiddeld 60. Een daling van het aantal dagen klantenkrediet kan het gevolg zijn van een betere opvolging van de handelshandelsvorderingen in de onderneming.
In vergelijking met de sector doet de onderneming het slecht, het ligt voortdurend in het derde kwartiel, in het jaar 2011 bereikte het zelfs het vierde kwartiel. In het vierde kwartiel behoorde Verhelst Bouwmaterialen bij de bedrijven die het langst moeten wachten voor het ontvangen van hun geld. Ze wachten minimaal 66 dagen. In het jaar 2012 en 2013 ging de onderneming terug het derde kwartiel in, hier behoorde ze tot de bedrijven die tussen circa 50 tot 60 dagen wachten op hun geld.

4.4.8 Leverancierskrediet
Het leverancierskrediet is een ratio dat betrekking heeft op de gemiddelde termijn waarop een leverancier wordt betaald. De interpretatie van deze ratio dient zeer voorzichtig gedaan te worden. Een groot aantal dagen klantenkrediet wijst niet zeer op een lange uitstelling van betaling door het bedrijf, het kan zijn dat het bedrijf liquiditeitsspanningen heeft en geen middelen bezit om haar leveranciers op een normale termijn te voldoen (Devloo, 2011). In figuur 26 wordt het aantal dagen klantenkrediet weergegeven.

Figuur 26: Kwartielwaarden leverancierskrediet

Bron: Belfirst, 2014
Uit figuur 26 kan er worden waargenomen dat Verhelst Bouwmaterialen begon in het eerste kwartiel. Hier wachtte ze ongeveer 18 dagen bij het betalen van haar leveranciers. In 2010, het jaar nadien ging de onderneming het tweede kwartiel in, het aantal dagen nam toe. De onderneming wachtte langer voor het betalen van haar leverancier, het jaar 2011 lag de onderneming nog steeds in het tweede kwartiel. In 2012 ging het immers terug het eerste kwartiel in, hier betaalde ze haar leveranciers sneller. In het jaar 2013 eindigde de onderneming, Verhelst Bouwmaterialen in het tweede kwartiel. De onderneming is een goede betaler, het is echter vanuit liquiditeitsstandpunt wenselijker om een hoger aantal dagen leverancierskrediet te hebben. 4.4.9 Solvabiliteitsratio
De volgende ratio onder handen genomen is de solvabiliteitsratio. Deze ratio geeft het belang aan van de financiering van eigen middelen respectievelijk vreemde middelen of schulden. Het wordt ook wel schuldgraadratio genoemd, waarmee men doelt op de schuldgraad en financiële onafhankelijkheid van een onderneming. Deze ratio wordt uitgedrukt in percentages. Een hoge percentage impliceert op een sterk financieel onderneming die minder of nauwelijks afhankelijk is van de schuldeisers (Devloo, 2011). In figuur 27 worden de gegevens van deze ratio grafisch weergegeven.

Figuur 27: Kwartielwaarden solvabiliteitsratio

Bron: Belfirst, 2014
Uit de figuur kan er worden afgeleid dat de solvabiliteitsratio van de onderneming, Verhelst Bouwmaterialen een stijgend verloop kent. De onderneming ligt voortdurend in het derde kwartiel. Wat er van de bedrijven, gelegen in dit kwartiel gezegd kan worden is dat ze weinig afhankelijk zijn van hun schuldeisers, ze hebben een hoge solvabiliteit. De bedrijven in het vierde kwartiel zijn daarentegen nauwelijks afhankelijk van de schuldeisers, deze zijn financieel, de sterkste bedrijven in de sector. De bedrijven in het eerste kwartiel zijn vervolgens bedrijven die minder financieel sterk zijn en meer afhankelijk van hun schuldeisers.

4.4.10 Rendement van het aangewend kapitaal
Het rendement van het aangewend kapitaal of de ‘return on capital employed’, ookwel ROCE genoemd, is de volgende ratio die wordt berekend. Het is een ratio dat aantoont hoe rendabel en efficiënt een onderneming haar kapitaal aanwend. Figuur 28 geeft een grafische voorstelling van het ROCE van Verhelst Bouwmaterialen en de sector verdeeld in kwartielen.

Figuur 28: Kwartielwaarde rendement van het aangewend kapitaal

Bron: Belfirst, 2014
In figuur 28 kan er klaarblijkelijk gezien worden dat Verhelst Bouwmaterialen in het jaar 2009 zich in het tweede kwartiel bevond. Het jaar nadien blijft ze in het tweede kwartiel, maar in 2011 steeg de waarde van de ROCE van het bedrijf tot 13,12. Dit getal ligt dicht tegen de ondergrens van het derde kwartiel. In het jaar 2012 gaat de onderneming ten slotte naar het derde kwartiel, in 2013 ligt het bedrijf met een rendement van 14,79 nog steeds in het derde kwartiel. Door de jaren heen is de onderneming gestegen van het tweede kwartiel naar het derde. 4 SWOT-analyse
SWOT staat voor Strengths (sterke punten), Weaknesses (zwakke punten), Opportunities (kansen) en Threats (bedreigingen). De sterke en zwakken punten duiden op interne punten van de onderneming in kwestie en de kansen en bedreigingen duiden op externe punten. Door een SWOT-analyse op te stellen krijgen we een helder beeld over hoe de onderzochte onderneming er aan toe is, op zowel intern als extern vlak. Dus achterhalen we op deze manier op welke aspecten de onderneming goed bezig is en op welke ze niet goed bezig is. Hier moet men dan meer aandacht op vestigen zodat deze zwakheden weggewerkt kunnen worden (Manders M., 2014)
5.1 Sterke punten
De Groep Verhelst heeft reeds 4 opeenvolgende generaties aan ervaring in de bouwsector. Dit maakt de Groep Verhelst een veelzijdige, hoogkwalitatieve en solide partner met veel ervaring en kennis van zaken. Door deze enorme ervaring is de bouwfirma Verhelst een voortrekker in zijn sector en dit willen ze ook blijven. Als voortrekker houden ze ook rekening met het milieuaspect. Ze streven naar een milieu bewuste aanpak door milieu vriendelijke materialen te gebruiken en hun activiteiten zo milieu vriendelijk mogelijk te houden.
Hun veelzijdigheid is te danken aan de verschillende en uiteenlopende bedrijven binnen de Groep. Op deze manier vertegenwoordigen ze zich op verschillende domeinen in de markt. Ze verzamelen als het ware verschillende specialisten binnen één groep. Hun motto is dan ook: “vakkennis onder één dak”.
Enkele andere voordelen van de Groep Verhelst zijn te danken aan de grootte van de onderneming. Dankzij hun grootte kunnen ze een groot assortiment van kwaliteitsproducten aanbieden, hebben ze grote voorraden en talrijke specialisten die hun klanten van grondig advies en technische uitleg kunnen voorzien (Verhelst, 2014).
5.2 Zwakke punten
Eerder, tijdens de horizontale analyse van de balans van de vlottende activa, is er een relatief groot zwak punt op te merken. De liquide middelen zijn in de periode 2009-2010 enorm gestegen, maar vervolgens zijn de liquide middelen ieder volgend jaar wederom ingekrompen. Uiteindelijk in 2013 komen de liquide middelen zelfs slechts op tien procent vergeleken met de hoeveelheid in het basisjaar. Deze sterke daling van de liquide middelen betekent dat de kasgelden, tegoeden op zichtrekeningen of gewone depositoboekjes sterk zijn gedaald en dit kan gevaren en moeilijkheden met zich meebrengen. Verhelst Bouwmaterialen kan moeilijkheden ondervinden op vlak van salarissen betalen, schulden afbetalen, een project financieren, onroerende of roerende zaken kopen, etc. (NBB, 2009-13).
Uit de balans van Verhelst Bouwmaterialen kan vervolgens ook geconcludeerd worden dat de onderneming problemen ondervindt met betrekking tot de voorraden. De voorraden nemen over de jaren heen toe en zijn overigens vrij hoog. Dit illustreert dat de voorraden van de onderneming niet vlot genoeg roteren en zich zo kunnen opstapelen. Voorraden aanleggen en aanhouden kost een onderneming heel veel geld, hier moet Verhelst Bouwmaterialen dus een oplossing voor vinden!
Verder doet er zich ook een probleem voor bij het klanten –en leverancierskrediet. Verhelst Bouwmaterialen geeft haar klanten ruimschoots de tijd om te betalen. Het klantenkrediet is dan ook zeer hoog. Daartegenover staat het leverancierskrediet. Dit is vrij klein bij de onderneming. Ze betaald haar facturen correct op tijd. Hierdoor ontstaat er een zekere ’gap’ tussen het klantenkrediet dat ze verlenen enerzijds en het leverancierskrediet anderzijds. Verhelst Bouwmaterialen betaald haar leveranciers snel en geeft haar klanten veel krediet, dit zou voor liquiditeitsproblemen kunnen zorgen doordat de onderneming een zekere tijdspanne moet overbruggen.
5.3 Kansen
De belangrijkste kansen liggen voor Verhelst Bouwmaterialen in het milieuaspect. Er wordt in vergelijking tot concurrenten veel meer aandacht geïnvesteerd in duurzaamheid. Het milieuaspect wordt door Verhelst Bouwmaterialen hoog in het vaandel gedragen waardoor de firma een voorsprong heeft op dit vlak. Op deze manier tracht de onderneming zich te onderscheiden van de concurrentie en zo voortrekker te blijven binnen de sector.
Ook heeft de onderneming nog groeimogelijkheden. Dit heeft ze al eerder dit jaar bewezen door een nieuwe vestiging op te starten in Gent. Ze trachten bij de top van de sector te behoren en te blijven, dus zijn uitbreidingen d.m.v. nieuwe vestigingen, productportfolio verruiming etc. een noodzaak (Verhelst, 2014).
5.4 Bedreigingen
De bouwsector wordt bedreigt door vergrijzing en een steeds minderende populariteit onder jongeren om aan de slag te gaan in deze sector.
De firma zal ook haar focus op het milieu aspect moeten behouden zodat ze hun leiderspositie in de markt niet verliezen. Alsmaar meer bedrijven houden –al dan niet genoodzaakt- rekening met het milieu, dus zouden ze hun voorsprong op dit gebied kunnen verliezen. Verder zijn er geen echte rechtstreekse concurrenten van Verhelst Bouwmaterialen die een echte bedreiging kunnen vormen voor de onderneming doordat hun productportfolio zo divers is en ze zich als het ware op verschillende (deel) markten bevinden. Toch zijn er 2 ondernemingen die in het oog springen que concurrentiegevaar. Dit zijn namelijk Defrancq Bouwspecialiteiten en Deschacht Plastics Belgium, die eerder ook uitgebreid besproken zijn geweest bij 3.1 De Belgische markten. Ze kunnen een bedreiging vormen doordat deze ondernemingen ook een ruim scala aan producten op de markt brengen die rechtstreeks impact hebben op dezelfde (potentiële) klanten van Verhelst Bouwmaterialen. Merkwaardig aan Deschacht is dat ze quasi evenveel winst hebben, maar een aanzienlijke kleinere omzet. Dit komt doordat ze veel minder personeel in dienst hebben als Verhelst Bouwmaterialen en kan dus wijzen op een efficiënter productieproces en kan zo aanzien worden als een bedreiging en is een belangrijk aandachtspunt voor in de toekomst voor Verhelst Bouwmaterialen (Verhelst, 2014) 5.5 Onderzoeksvraag
Duurzaamheid is alomtegenwoordig. Het milieu aspect wordt alsmaar belangrijker en hoger in het vaandel gedragen door ondernemingen in de bouwsector. Het algemene bewustzijn omtrent het milieu en schone energie dringt iedere dag meer en meer door bij de algemene bevolking. Hierdoor staat Verhelst Bouwmaterialen voor een vraagstuk, een vraagstuk waarvoor hieronder een oplossing wordt gezocht. De onderzoeksvraag luidt als volgt:
‘Hoe zal Verhelst Bouwmaterialen in de toekomst, wanneer meer bedrijven extra aandacht gaan vestigen op duurzaamheid en het milieu aspect, het competitief voordeel dat ze hebben op dit vlak kunnen vasthouden?’
De Groep Verhelst en dus ook Verhelst Bouwmaterialen zet zich op verschillende vlakken in voor het milieu. De onderneming wil in de bouwsector een voortrekker zijn en blijven. Hiervoor wordt er gestreefd naar een milieubewuste aanpak d.m.v. milieubewuste materialen en activiteiten toe te passen. Deze concrete milieubewuste aanpak bestaat uit 4 belangrijke topics: ‘een groen wagenbeleid’, ‘activiteiten met een groene stempel’, ‘infrastructuur – groene energie’ en ‘personeel – groene opleidingen’. Vervolgens zullen deze topics kort toegelicht worden. Dit werd eerder reeds toegelicht bij 2.1.1 Missie en visie, toch zal er hieronder een korte duidelijke uiteenzetting volgen.
Alle vrachtwagens van Verhelst voldoen aan de ‘Euro 5 norm’. Deze norm is de meest recente Europese wetgeving die de uitstoot van dieselmotoren in vrachtwagens regelt. Deze nieuwe regelgeving maakt deel uit van een lange termijn programma dat de uitstoot van stikstofoxiden en roetdeeltjes drastisch zal verminderen. Overigens wordt er ook ingespeeld op de vakbekwaamheid van de chauffeurs. Alle chauffeurs van de onderneming volgen een ecodrive-cursus waardoor dankzij het proactief rijgedrag, dat hen word aangeleerd, het brandstofverbruik daalt, de schadestatistiek verbetert en de slijtage van auto-onderdelen en banden verlaagt. Daarbovenop werd er bewust gekozen voor bedrijfswagens met een lage CO2-uitstoot (Verhelst, 2014)
De recyclage afdeling, Top-mix, van Verhelst behaalde voor de periode 2012-2013 een laureaat voor duurzaam ondernemen. Deze afdeling zorgt voor een milieubewuste afvalverwerking.
Figuur 29: Laureaat Verhelst Bouwmaterialen Bron: Verhelst, 2014

Voorbeelden van deze zogenaamde ‘groene aanpak’ van Verhelst zijn er teveel om op te noemen. Enkele voorbeelden hiervan zijn: Afval beperken, mensvriendelijk ondernemen, rationeel waterverbruik, minimalisatie van de omgevingshinder en reduceren van de verkeersimpact, etc. Tevens tracht de onderneming om duurzame bouwmaterialen te gebruiken en toe te passen (Verhelst, 2014).
Verhelst raadpleegt verschillende vormen van groene energie. De verschillende groene energie bronnen van Verhelst zijn: warmtepomp, luchtwarmtepomp en zonnepanelen. Deze vormen van groene energie brengen vele voordelen met zich mee. Ze zorgen voor een vermindering van het broeikaseffect door vermindering van de CO2 uitstoot. Overigens wordt het energieverbruik van de firma sterk teruggedrongen en werkt het dus ook kosten besparend, wat het competitieve voordeel van de onderneming ten goede komt. De meest merkwaardige bron van groene stroom is bij uitstek het zonnepanelenpark van de onderneming. Het gaat hier om het grootste grondpark van Vlaanderen en dit bevindt zich op de site van Verhelst Oudenburg. In totaal kan er 4 megawatt elektriciteit opgewekt worden. Dankzij deze enorme capaciteit kan Verhelst op zonnige dagen volledig op groene stroom draaien (Verhelst, 2014).
Verhelst acht opleidingen van haar personeel heel belangrijk. Daarom tracht de onderneming om haar personeel van een zo goed mogelijke opleiding te voorzien. Deze maatregel werpt uiteindelijk ook zijn vruchten af: binnen de groep sorteren medewerkers het afval volgens de juiste afvalstromen en technische medewerkers blijven up-to-date over nieuwe technologieën en volgen opleidingen of workshops in het kader van energiebesparing en duurzaam bouwen (Verhelst, 2014).
Uit al het voorgaande kan besloten worden dat Verhelst bewust bezig is met het milieu aspect. Ze nemen verschillende maatregelen op meerdere vlakken en dit zorgt uiteindelijk voor verscheidene voordelen zoals eerder besproken. Echter wordt duurzaamheid en duurzaam ondernemen steeds belangrijker en wordt er alsmaar meer aandacht gevestigd door ondernemingen uit de bouwsector om aan wetgevingen en normen allerhande te voldoen. Daarom moet Verhelst innovatief proberen om te springen met deze situatie zodat ze hun competitief voordeel dat ze vandaag hebben op dit vlak, in de toekomst nog behouden.
Het is duidelijk dat Verhelst Bouwmaterialen heel wat doet voor het milieu aspect op verscheidene vlakken. De onderneming zet zich op bijna al haar activiteiten (personeel, productieproces, afvalverwerking, ) in voor het milieu. Hierdoor kan er gesteld worden dat ze een competitief voordeel heeft op dit vlak vergeleken met hun concurrenten. Onder alsmaar meer bewustwording en strengere reglementeringen inzake verantwoordelijk om te springen met het milieu ligt het voor de hand dat iedereen zich meer inzet op dit vlak, maar Verhelst Bouwmaterialen lijkt hier toch net iets beter op in te spelen dan haar concurrenten.

Besluit

Verhelst Bouwmaterialen is een onderneming die actief is in de tertiaire sector; het verkoopt namelijk diverse bouwmaterialen. Het is een groot bedrijf met 199 werknemers en een jaarlijkse omzet van ongeveer 75 miljoen euro.

Eerst werd het bedrijf vergeleken met de sector, toen werd duidelijk dat het bedrijf niet behoort tot een van de marktleiders van de sector groothandel in bouwmaterialen, algemeen assortiment. De grootste concurrenten van het bedrijf zijn voornamelijk multinationals die actief zijn over heel de wereld en in veel verschillende sectoren, er is dus een sterke concurrentie. Anderzijds is er wel sprake van een aanzienlijke omzet voor een niet-beursgenoteerd bedrijf. Verhelst bouwmaterialen maakt deel uit van de groep Verhelst, al deze ondernemingen zijn actief in de bouwsector en zijn met elkaar verbonden, dat werd duidelijk uit de bespreking van de bedrijfskolom. Zo verkoopt Verhelst Bouwmaterialen bijvoorbeeld producten van haar dochterondernemingen en zijn er familieleden terug te vinden in verschillende bedrijven van de groep Verhelst. De hele groep werkt dus op een zeker niveau samen om op een efficiënte manier winst te maken.

Uit de missie en de visie van het bedrijf wordt duidelijk dat het doel van het bedrijf is om een zo groot mogelijk marktaandeel te veroveren, het bedrijf in handen van familieleden te houden en ecologisch verantwoord te ondernemen. Uit de cijfers van de figuur, waar het verloop van de omzet van Verhelst Bouwmaterialen wordt getoond, wordt duidelijk dat het marktaandeel van het bedrijf de laatste 5 jaar is gestegen. Ook is het bedrijf veel bezig met het milieu, bijvoorbeeld door aan recyclage te doen en zonnepanelen te plaatsen. Er kan worden geconcludeerd dat Verhelst Bouwmaterialen wel degelijk rekening houdt met haar vooropgestelde missie en visie en haar beloftes over duurzaam ondernemen wel degelijk nakomt. Wanneer het bedrijf vergeleken werd met de concurrenten viel op dat het hele proces van Verhelst Bouwmaterialen misschien niet efficiënt genoeg was, er waren concurrenten met een lagere omzet, minder werknemers en toch een hogere winst. Het gaat hier dan niet enkel over de grootste ondernemingen van de sector die waarschijnlijk een groter voordeel hebben op het vlak van schaalvoordelen maar ook om concurrenten met evenwaardige omzetcijfers.

Uit de horizontale analyse bleek dat het bedrijf enkele grote veranderingen heeft ondergaan de laatste jaren. Zo is het eigen vermogen van de onderneming gestegen met 38,4 % over een periode van slechts 5 jaar, toch zijn de passiva ongeveer hetzelfde gebleven doordat het aandeel van vreemd vermogen een forse daling kende. De onderneming heeft dus beslist om het eigen vermogen te doen stijgen en minder beroep te doen op inbreng van financiële instanties. Een andere grote verandering was de daling van de materiële vaste activa met 23% terwijl de financiële vaste activa steeg met 16 %. Ook daalde de vaste activa met 14% terwijl de vlottende activa steeg met 22 %.

De verticale analyse gaf dan weer een duidelijk beeld van de financiële situatie in het jaar 2013. Bij de activa lagen de vlottende activa beduidend hoger dan de vaste activa. Dit komt door een hoge materiële vaste activa. Bij de passiva werd meteen duidelijk dat het eigen vermogen ongeveer even groot is als het vreemd vermogen. Er is dus sprake van een goede solvabiliteit, dit is een zeer positief gegeven als de onderneming beslist te gaan lenen bij financiële instellingen. De resultatenrekening werd dan weer gedomineerd door de bedrijfsopbrengsten en de bedrijfskosten. Deze bedrijfskosten lagen heel hoog, wat resulteert in een vrij lage winst ten opzichte van de hoge omzet. Zo blijft er slechts 1,72 % van de bedrijfsopbrengsten over als bedrijfswinst. Ondanks dit, ligt de winst van het boekjaar na belastingen een stuk hoger, dit komt door nog relatief hoge financiële opbrengsten.

Uit de financiële analyse werd duidelijk dat de onderneming geen problemen ondervindt bij het inlossen van haar schulden op korte termijn. Dit bleek uit de analyse van de liquiditeitsratio’s. Tussen 2009 en 2011 lag de liquiditeit in ruime zin wel boven 1, wat goed is maar het is aangeraden dat deze ratio boven 1,5 ligt. Deze waarde werd pas bereikt in 2012 maar is wel blijven stijgen in 2013 tot 1,7. Op dit moment verkeert de onderneming dus in een uiterst gezonde situatie. Ook de liquiditeit in enge zin, die weergeeft in welke mate een onderneming haar schulden kan inlossen op zeer korte termijn vertoont dezelfde situatie. De eerste 4 jaar ligt deze ratio tussen 0,8 en 1 en pas in 2013 ligt deze ratio boven 1, wat beschouwd wordt als de veilige zone. Als het leverancierskrediet en het klantenkrediet met elkaar vergeleken worden valt op dat de onderneming haar eigen leveranciers vrij snel afbetaald (ongeveer na 25 dagen) maar haar eigen klanten veel tijd geeft (ongeveer 60 dagen).
Uit de financiële autonomie en de algemene schuldgraad kan geconcludeerd worden dat de onderneming op vlak van financiering ook in een gezonde situatie verkeert. Het eigen vermogen neemt immers een groot deel van de passiva in beslag en ligt ongeveer even hoog als het vreemd vermogen. Dit maakt de onderneming minder kwetsbaar voor schuldeisers.
Ook de rendementscijfers van Verhelst Bouwmaterialen vertonen de situatie van een gezonde onderneming. Zowel het rendement op eigen vermogen als het rendement op activa zijn hard gestegen op 5 jaar tijd. In 2013 bereikte het rendement op eigen vermogen een waarde van 15% en het rendement op activa 10%. De operationele cash flow maakte duidelijk dat de onderneming een mooie winst maakt en dus veel ruimte heeft voor eventuele investeringen in de toekomst.

In de sectoranalyse wordt Verhelst bouwmaterialen vergeleken met de andere bedrijven in de sector. Uit deze cijfers bleek dat de onderneming in het vierde kwartiel lag qua omzetcijfers, toegevoegde waarde, balanstotaal en werknemers. De onderneming is ook blijven groeien de laatste 5 jaar, zo is het balanstotaal bijvoorbeeld toegenomen met ongeveer 4 miljoen euro. Deze cijfers illustreren duidelijk dat Verhelst Bouwmaterialen behoort tot de grootste bedrijven in de sector
In 2013 schommelde het bedrijf tussen het tweede en het derde kwartiel op het vlak van zowel current ratio als quick ratio. Dit betekent dat het bedrijf dus niet de beste ratio-cijfers heeft in de sector, dit is echter niet erg want de aanbevolen normen worden behaald en er is dus sprake van een gezonde financiële toestand.
De onderneming valt onder het eerste kwartiel qua leverancierskrediet en het vierde kwartiel qua klantenkrediet. Dit betekent dat Verhelst Bouwmaterialen bij de snelst-betalende ondernemingen hoort terwijl het haar klanten meer tijd geeft om hun schulden af te lossen dan de meeste concurrenten.
Met een rendement op aangewend kapitaal van bijna 15% doet het bedrijf het ook goed en valt het te plaatsen bij de betere ondernemingen in het derde kwartiel.

5 Referenties

ACLVB. (2006). Praktische gids voor de analyse van de jaarrekening. [pdf]. Geraadpleegd op 16 december 2014 via http://www.aclvb.be

Bureau van Dijk. (2014). Belfirst. [databank]. Geraadpleegd op 1 november 2014 via https://belfirst.bvdinfo.com

Defrancq. (2011). Historiek. Geraadpleegd op 7 november 2014 via http://www.defrancq.be

Deschacht. (s.d.). Over Deschacht. Geraadpleegd op 7 november 2014 viahttp://www.deschacht.eu

Devloo, W. (2011). Ratio Analyse. [pdf]. Geraadpleegd op 4 november 2014 via http://www.boekhouder.be Finactum. (2014a). Belgomine. [databank]. Geraadpleegd op 7 november 2014 via http://www.finactum.be

Finactum. (2014b). Deschacht Plastics Belgium. [databank]. . Geraadpleegd op 7 november 2014 via http://www.finactum.be

Finactum. (2014c). I.R.S.-Btech. [databank]. Geraadpleegd op 7 november 2014 via http://www.finactum.be

Infobel. (2014). Defrancq Bouwspecialiteiten. [databank]. Geraadpleegd op 7 november 2014 via http://www.infobel.com

I.R.S.-Btech. (2014). Homepage. Geraadpleegd op 7 november 2014 via http://www.irs-btech-epdm.be

Marketingtermen. (2014). Omzet. Geraadpleegd 5 november via http://www.marketingtermen.nl

Muroflex. (s.d.). Climalife dakpannen… een betondakpan die de lucht reinigt. Geraadpleegd op 5 november 2014 via http://www.muroflex.be

Nationale Bank van België. (2009). Verhelst Bouwmaterialen. [jaarrekening]. Geraadpleegd op 5 november 2014 via http://www.nbb.be

Nationale Bank van België. (2010). Verhelst Bouwmaterialen. [jaarrekening]. Geraadpleegd op 5 november 2014 via http://www.nbb.be

Nationale Bank van België. (2011). Verhelst Bouwmaterialen. [jaarrekening]. Geraadpleegd op 5 november 2014 via http://www.nbb.be

Nationale Bank van België. (2012). Verhelst Bouwmaterialen. [jaarrekening]. Geraadpleegd op 5 november 2014 via http://www.nbb.be

Nationale Bank van België. (2013). Verhelst Bouwmaterialen. [jaarrekening]. Geraadpleegd op 5 november 2014 via http://www.nbb.be

Tiscali. (2005). Kengetallen. [pdf]. Geraadpleegd op 7 november 2014 via http://www.home.tiscali.nl Vlaamse netwerk van ondernemingen. (2012). Wat ondernemingen echt bijdragen: onderzoek bij 10 bedrijven. [pdf]. Geraadpleegd op 5 november 2014 via http://www.voka.be

Val-I-Pac. (2007). Geschiedenis. Geraadpleegd op 7 november 2014 via http://www.valipac.be

Verhelst. (2014). Over Groep Verhelst. Geraadpleegd op 5 januari 2015 via http://www.verhelst.be

Verhelst. (2014). Geschiedenis. Geraadpleegd op 14 november 2014 via http://www.verhelst.be

Verhelst. (2014). Milieubewuste partner. Geraadpleegd op 14 november 2014 via http://www.verhelst.be

Verhelst. (2014). Alle bedrijven van de groep. Geraadpleegd op 24 oktober 2014 via http://www.verhelst.be

Manders M. (2013). SWOT-analyse. Geraadpleegd op 7 december 2014 via https://www.scribbr.nl

Nace-Bel. (2013). NACEBEL 2008 structure. [excel]. Geraadpleegd op 14 november 2014 via http://statbel.fgov.be

Software Vergelijken B.V. (2014). Kengetallen. Geraadpleegd op 6 december 2014 via https://boekhoudsoftware-vergelijken.nl

Topmix. (2006). Homepage. Geraadpleegd op 20 november 2014 via http://www.top-mix.be/

Unizo. (2014). Wat is leverancierskrediet?. Geraadpleegd op 8 december 2014 via http://www.unizo.be

Wienerberger. (2014). Homepage. Geraadpleegd op 8 december 2014 via http://www.wienerberger.be/

Winsol. (2011). Homepage. Geraadpleegd op 21 november 2014 via http://www.winsol.be/

Smet, M. (2014). Bedrijfseconomie 1. [syllabus]. Antwerpen: KU Leuven / Thomas More.

InfoNu. (2010). Gini-coëfficiënt en Gini-index. Geraadpleegd op 15 december 2014 via http://wetenschap.infonu.nl

6 Bijlage
Overzicht
* Bijlage 1: Horizontale analyse van balans * Bijlage 2: Horizontale analyse van resultatenrekening * Bijlage 3: Verticale analyse van balans * Bijlage 4: Verticale analyse van de resultatenrekening * Bijlage 5: Berekening Herfindahl index van het jaar 2013 * Bijlage 6: Berekening Gini-coëfficiënt van het jaar 2013 * Bijlage 7: Lorenz-curve * Bijlage 8: Aandeelhoudersstructuur

Bijlage 1: Horizontale analyse van de balans

Bijlage 2: Horizontale analyse van de resultatenrekening

Bijlage 3: Verticale analyse van de balans

Bijlage 4: Verticale analyse van de resultatenrekening

Bijlage 5: Berekening Herfindahl-index van het jaar 2013

Bijlage 6: Berekening Gini coëfficiënt van het jaar 2013

Bijlage 7: Lorenz-curve

Bijlage 8: Aandeelhoudersstructuur

Similar Documents